Archeologen ontdekken eerste, levensgrote, houten Romeinse dildo

Archeologen in Engeland vermoeden dat ze een Romeinse dildo hebben gevonden. Het 2000 jaar oude object zou, voor zover bekend, de enige ontdekte houten fallus van levensgroot formaat uit de Romeinse tijd zijn, schrijft de Britse krant The Guardian.

Het object, slechts zestien centimeter lang, werd in 1992 gevonden bij het Romeinse fort Vindolanda in Engeland. Recent werd de houten fallus door experts van de Newcastle Universiteit opnieuw bestudeerd. Door eerdere onderzoekers werd het voorwerp gecategoriseerd als ‘gereedschap’. Daar denken de huidige experts inmiddels anders over. ,,Voor mij is het vanzelfsprekend dat dit een penis is. Ik weet niet wie het zo in de catalogus heeft ingevoerd. Misschien dat iemand zich ongemakkelijk voelde of dacht dat Romeinen niet zulke dwazen dingen deden’’, zegt Rob Collins, hoofddocent archeologie tegen The Guardian. ,,Wat dit een primeur maakt is dat het geen miniatuur fallus is, maar levensgroot.’’

Waar het houten object voor is gebruikt, is onduidelijk. Een theorie van de onderzoekers is dat het daadwerkelijk als seksspeeltje is gebruikt. Al is enige voorzichtigheid met die term geboden, zegt de hoofddocent. ,,Soms werden dildo’s niet altijd voor plezier gebruikt. Het kunnen ook martelwerktuigen zijn. Ik ben mij zeer bewust van het gebruik van de term ‘seksspeeltje’. Hopelijk is het daar daadwerkelijk voor gebruikt. Dat is de meest opwindende en intrigerende mogelijkheid. Als dat het geval is, zou het, voor zover wij weten, de eerste Romeinse dildo zijn die uit archeologie is aangetroffen.’’

Een andere, iets minder opwindende theorie, is dat het object werd gebruikt als stamper in de keuken. De meest waarschijnlijke optie, zegt Jasper de Bruin, conservator van de collectie ‘Nederland in de Romeinse tijd’ bij het Rijksmuseum van Oudheden. ,,Ik geloof niet dat het als dildo is gebruikt. Het materiaal is ook ontzettend ruw. Maar als je naar het voorwerp kijkt, dan zie je wel degelijk de vorm van een penis.’’

Een verklaring daarvoor is opvallend. Want de Romeinen hielden wel van een grapje, legt De Bruin uit. ,,Dit is een stamper met een knipoog. Sta je te koken terwijl je een piemel vast hebt. Dat vind ik een ontzettend goede grap. Ik kan mij voorstellen dat Rob Collins en zijn team hebben zitten smullen tijdens het onderzoek.’’

Een derde theorie van de archeologen in Engeland is dat het houten object onderdeel was van een standbeeld. Voorbijgangers konden de houten fallus aanraken voor geluk. De Bruin: ,,De penis is voor Romeinen een teken van vruchtbaarheid en bescherming. Je ziet dat ook overal in terug. Afbeeldingen van penissen brengt geluk.’’

Echt preuts waren de Romeinen overigens niet, zegt De Bruin. ,,Het hoorde bij het leven. Al werd er binnen de Romeinse cultuur verschillend over gedacht. Het leven in een luxe Romeinse villa was ook heel anders dan op het Engelse platteland.’’

De houten fallus werd gevonden in een greppel bij het Romeinse fort Vindolanda, samen met schoenen, kleding en leerresten. En dat is opmerkelijk, zegt Collins: ,,Hout blijft normaal gesproken niet zo lang intact. De Bruin legt verder uit. ,,Spullen van hout gaan inderdaad over het algemeen niet lang mee. Maar op plekken onder het grondwater blijven ze goed geconserveerd. Daardoor worden in Engeland en Nederland allerlei gebruiksvoorwerpen van hout gevonden.’’

Dat is goed nieuws voor onderzoek naar het normale leven van veel Romeinen. In vergelijking met het extravagante Romeinse leven weten we daar namelijk aanzienlijk minder vanaf. De Bruin: ,,We proberen meer te achterhalen hoe het leven van ‘Jan in de straat’ was. Dit soort houten, alledaagse, voorwerpen die in Vindolanda zijn gevonden helpen daar bij. Toch hebben we nog veel te ontdekken.’’

Bron: ad.nl