Happy Hooker Xaviera Hollander (80) over seks: ’Van de gekste dingen kan ik opgewonden raken’

Happy Hooker Xaviera Hollander vierde deze zomer haar tachtigste verjaardag. En ja, ouderdom komt met gebreken. Maar de wereldberoemde ex-callgirl en schrijfster is dan wel minder actief tussen de lakens, ze praat nog steeds honderduit over seks. Zonder gêne. „Van de gekste dingen kan ik opgewonden raken.”

Dingdong. De deurbel van de monumentale stadsvilla aan de Stadionweg in Amsterdam-Zuid klinkt als een klok. Xaviera Hollander doet open. Ze heeft net siësta gehouden. „Ik slaap ’s nachts weinig.”

Rond haar kousenvoeten dartelt puppy Luna. „Ze heeft heel scherpe tandjes, hoor.” Xaviera gaat zitten aan de lange houten tafel in de grote woonkamer. Overal hangen portretten van de diva en staan erotische beeldjes en curiosa. „Mijn man is een verzamelaar.” Ze wijst naar een schilderij van een Spaanse witte villa. „Daar heb ik gewoond in Marbella.”

Vaste hulp Alkis brengt thee. „Een mooie jongen uit Griekenland”, zegt ze. Aan deze tafel ontbijten gasten van haar bed and breakfast ’Xaviera’s Happy House’, die ze met echtgenoot Philip runt. „We krijgen negens en tienen op Booking.com.” Ze zag een paar afleveringen van ’B&B vol liefde’ op tv. „Die pittige dame in wit badpak en met de meeste klasse (Marian 68, Portugal), is wel een leuk mens. Maar ik vond die oude mannen echt te saai voor haar.”

Tachtig worden is best pittig. „Ik ben niet meer in goede gezondheid. Ik heb osteoporose en vaak veel pijn in mijn been en rug. Mijn volgende stap zou wel eens euthanasie kunnen zijn. Met zo’n pil. Ik wil toch niet creperen in een ziekenhuis? Of eerst nog een paar jaar dement worden?”

Ze komt nog maar zelden buiten. Toevallig is ze laatst met Philip naar een groot winkelcentrum in Amstelveen geweest. „Een man kwam op ons af en liet een foto van mij op zijn mobieltje zien. ’Ben jij hè?’ Hij had me herkend, goed voor mijn ego.”

Is seks nog belangrijk voor Xaviera? „Niet echt. Als je lichaam vaak veel pijn doet, is dat killing voor je libido. Ik moet er niet aan denken dat ik nu een of andere dekhengst in bed zou hebben.” Maar het is oké zo. „Ik heb de beste man ooit. Philip is een geestige, erudiete man en een geweldige kok, godzijdank. We love each other. Hij is ontzettend lief, mijn beste vriend, totaal te vertrouwen als mijn zakenpartner. Hij kan me ook heerlijk masseren.”

De dood

„Het enige wat mij nog echt stimuleert zijn mijn fantasieën. Soms gaan die zelfs over de dood. Van de gekste dingen kan ik opgewonden raken.”

Xaviera heeft ook een hulpmiddeltje. „Een kleine vibrator die je in drie tempo’s kunt gebruiken. Ik liet ’m aan een vriendin zien. ’Die is veel te kort’, reageerde ze. Ik zei: ’Nee schat, die is voor op de clitoris, niet voor binnenin’. Dat ding doet het prima. Je moet wel in de goede bui zijn. Ik heb er al vier cadeau gegeven. Hoe oud je ook bent, je clitoris blijft altijd werken.”

„Ga je nog een foto maken met je telefoon?”, vraagt ze ineens. Vooraf mailde ze dat ze niet op een fotograaf zat te wachten: ’Ik zie liever één van mijn eigen bijgesloten tamelijk recente foto’s in de krant’. Kennelijk is ze van gedachten veranderd. Ze wrijft wat rode lippenstift van haar tand, drapeert haar sjaal en poseert geroutineerd. „Zit alles goed?”

Sprekende ogen, mooie mond, gaaf gezicht. Wat is haar beautygeheim? „Ik rook niet en drink geen druppel alcohol. Vind er gewoon geen moer aan. Mijn moeder dronk te veel sherry.” Zwartwitte krullenbol Luna – een kruising tussen een poedel en teckel – knauwt op haar vingers. „Auw!”

De bel. „Doe jij maar open”, zegt ze. Het zijn gasten voor de B&B. Een echtpaar uit Groningen. Met fietsen in de trein naar Amsterdam gekomen. Ze gaan door De Pijp wandelen en morgen naar Nunspeet fietsen.

„Sportief hoor. Hoe laat willen jullie ontbijten?”

„Half acht”, antwoordt de gast.

„Dat is te vroeg. Acht uur. Hoe kwamen jullie hier?”

„Ik had B&B Amsterdam ingetoetst.”

„Ik ben schrijfster, hè”

„Ja weet ik, van ’dat’ boek.”

Zestien boeken heeft ze op haar naam staan. Op een tafel liggen exemplaren die gasten mogen kopen. Momenteel is ze druk met een trilogie, die binnenkort uitkomt. ’Wall Talk I De gelouterde paradijsvogel’, ’II Als muren konden gluren’ en ’III Oud worden is niet voor watjes’.

Xaviera krijgt van alles over de vloer. Doodnormale types, maar ook excentriekelingen. „Ik had twee vrouwen uit Limburg met een man aan de riem als hond. Hij lag onder de tafel en ik dacht: ’O shit, er is niet gestofzuigd!’ Dus ik zei: ’Kijk je meesteressen in de ogen!’ Ik gaf hem gewoon een lesje nederigheid.”

Tantramassage

„Al tien jaar komt hier een rijk stel uit Amerika. Ze zijn polyamoreus en mogen er dus een extra minnaar bij hebben. Zij wilde Philip een tantramassage geven. ’Wat moet ik hier nu mee?’, vroeg hij mij wanhopig in het Nederlands. Het was kwart voor tien ’s avonds en hij wilde liever boven een puzzeltje doen. Hij zat er helemaal niet op te wachten, de trouwe ziel. Dus ik zei: ’We moeten straks gasten ophalen van Schiphol’. Het zijn trouwens nog steeds onze beste vrienden.”

Een andere gast, een exhibitionistische Belg, liet zich graag naakt fotograferen door jonge vrouwen. „Hij hoefde geen seks met ze.” Xaviera regelde een bevriende fotografe. „Ze heeft heel mooie foto’s gemaakt en vijfhonderd euro verdiend. Ik zat erbij in een rotanstoel en zette mijn handtekening op zijn billen.”

De telefoon gaat. Xaviera zegt in het Engels dat ze midden in een interview zit. „Bye darling.” Het was een vriendin, de in Amsterdam wonende zus van de steenrijke Pakistaanse zakenman Shahzada Dawood en zijn zoon Suleman. Vader (48) en zoon (19) kwamen op 18 juni om bij het ongeluk met de Titan, op weg naar het wrak van de Titanic. „Ze was er kapot van.”

Xaviera Hollander wordt op 15 juni 1943 geboren als Xaviera de Vries in Soerabaja, Nederlands-Indië (Indonesië), als dochter van een Nederlands-Joodse arts-psychiater en een Frans-Duitse mannequin. „Mijn vader wilde een zoon. Hij zou hem François Xavier hebben genoemd. Maar ik was een meisje. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik me moest bewijzen. Daarom ben ik ook zo dominant aanwezig. I wanted to be like a boy.”

De eerste drie jaar van haar leven brengt ze door in een Japans interneringskamp bij de sadistische kampbeul Sonei. Moeder en kind samen, gescheiden van vader Mick de Vries. Ze beschrijft deze hel in haar boek ’Kind af’. „Dat is een ode aan mijn ouders.” Folteringen zijn aan de orde van de dag. Monden van vrouwen worden opengescheurd en gevangenen worden verkracht en levend verbrand. Haar eigen vader wordt op de pijnbank gelegd. „En aan bomen opgehangen op het heetste moment van de dag.”

Xaviera bezwijkt bijna aan dysenterie. Moeder Germaine weet haar diamanten ring te ruilen met een Javaanse smokkelaar voor een pak bruine suiker. Maar ze wordt betrapt en afgeranseld door Sonei. ’Ik had mijn moeder horen gillen toen ze geschopt en geslagen werd’, schrijft Xaviera in het boek. Germaine wordt voor dood in het lijkenhuis gegooid. Pas na een week belandt ze op de ziekenboeg.

„Toen ik vrij kwam met mijn moeder was ik drie”, vertelt Xaviera. Ze krijgen opvang bij een goede vriend die niet gevangen was genomen. „Ik speelde in een boom – ik was een beetje jongensachtig – en viel op een stronkje. Een enorme jaap in mijn kutje. Ik schreeuwen. Onze baboe bracht me naar het dichtstbijzijnde kamp voor medische hulp. Ze liep naar een blonde arts, maar ik riep wijzend naar de donkere arts: ’Nee, ik wil hém’. Achteraf bleek dat mijn vader te zijn. Hij heeft de wond bij mijn vagina gedicht.”

Blonde engeltje

„Een maand later kwam ook mijn vader vrij. Mijn moeder deed een schoenveter in haar haar en had ergens een lipstickje vandaan gehaald. We hadden geen cent te makken. Toen hij het pad opliep omhelsde hij niet eerst mijn moeder, maar zei: ’Dat kleine blonde engeltje heb ik behandeld!’ Vanaf dat moment is er altijd rivaliteit gebleven tussen mij en mijn moeder. Ik was een vaderskindje. Wilde nummer 1 bij hem zijn.”

„Maar ik had ook een oorlogstrauma en plaste vaak in mijn bed.” Volgens haar kinderpsychiater zijn er voor oorlogslachtoffers twee scenario’s. „Of je wordt een winnaar, of een loser. Nou, ik wilde aan de top komen.”

Het gezin vestigt zich in Amsterdam. Haar vader bouwt een huisartsenpraktijk op. „Hij is zo nu en dan ontrouw aan mijn moeder geweest, dat heeft haar veel ellende bezorgd.” Moeder huurt zelfs een detective in om haar echtgenoot te betrappen op slippertjes.

Xaviera is ’gekmakend ondeugend, maar de intelligentste van de klas’. Ze gaat naar het Barlaeus Gymnasium, later stapt ze over naar de christelijke HBS. Haar moeder drukt haar – tevergeefs – op het hart tot het huwelijk maagd te blijven. Anders zou een echtgenoot haar als ’een slet’ beschouwen. Ze haalt een Schoevers-diploma en wordt via een Manpowerwedstrijd uitgeroepen tot ’beste secretaresse van Nederland’. „Ik werd prompt geïnterviewd door Willem Duys voor de buis.”

Schrijver Simon Vestdijk is een huisvriend. „Hij en mijn vader schreven elkaar veertig jaar lang brieven. Dat was een soort love affair, maar dan intellectueel. Ik ben opgevoed met klassieke muziek en cultuur. Niemand kon koken, daar hadden we dienstmeisjes voor.”

Vestdijks minnares – schrijfster Henriëtte van Eijck – zet de jonge Xaviera op het spoor schrijfster te worden. „’Wat wil je later worden?’, vroeg ze. Ik zei: ’Misschien journaliste of zo’. ’Kind, jij kunt toch veel beter dan op brandjes en diefstallen jagen. Ga je eigen leven leiden, maak verre reizen, haal stunts uit en ga daarover schrijven’.” Xaviera – ze is dan begin twintig – vertrekt naar Zuid-Afrika. Daar bezoekt ze haar vaders dochter uit zijn vorige huwelijk met een Russische ballerina. Eigenlijk is het een vlucht. Ze kan het niet aanzien dat haar vader de ene na de andere beroerte krijgt. Hij wordt liefdevol door haar moeder en een verpleegster verzorgd.

In Zuid-Afrika ontmoet ze een Amerikaanse econoom. In 1968 vertrekt ze naar zijn woonplaats New York. „Hij heeft mijn vader zelfs om mijn hand gevraagd. Wist ik veel dat hij nog ergens een vrouw had. Hij was ook gierig als de pest.” Ze gaat aan de slag als secretaresse op het Nederlands consulaat.

Op een zomeravond vertelt ze hem dat ze drie weken over tijd is. „’Sorry, but maybe I’m pregnant’. Nou… hij ging me toch tekeer. We woonden op de 25e verdieping. Ik liep naakt het balkon op. Versuft door een overdosis slaappillen. Ik zei: ’Fuck you, I’m going to jump’. Hij riep luidkeels: ’Nee niet springen! Wat zullen de buren wel niet denken’.”

Op dat moment besluit ze nooit meer een poging te doen zich voor een kerel van kant te maken. „Ik ben naar binnengegaan, pakte een metalen haarborstel en heb hem daarmee op zijn ballen geslagen. Bleek hij ook nog eens een masochist te zijn, hij genoot ervan.”

Goudmijntje

Het leven in The Big Apple is duur. „Ik had een beer budget en een champagne taste. Hield van japonnen van Pucci en Leonard van duizend euro.” Xaviera maakt van haar hobby haar werk: seks. „Ik zat in een bar naast een mooie vrouw. Ze zei: ’Honey, wist je dat je op een goudmijntje zit? Met wat jij weggeeft voor een orange juice, verdien ik veel geld’.”

De dollars stromen binnen. „Ik was horney en happy, ik had een enorme seksdrive”, lacht ze. „Ik was een ’size queen’. Ik ben strak geschapen, maar hield daar gewoon van. Size does matter.” Seks bevrijdt haar ook van ’traumatische ervaringen, frustraties en teleurstellingen’. Een jaar later opent ze haar eigen luxe bordeel. Maar uiteindelijk zet de Amerikaanse overheid haar – na diverse arrestaties en een politieschandaal – het land uit.

Seksuele revolutie

Begin jaren zeventig beschrijft ze haar ontboezemingen in ’The Happy Hooker’, een wereldwijde bestseller. Ze treedt op in allerlei talkshows. Ook heeft ze 36 jaar lang de rubriek ’Call me madam’ in het tijdschrift Penthouse. „Duizenden brieven heb ik beantwoord. Ik heb de seksuele revolutie geopend. Ik zei niet ’coïtus interruptus’ of ’intercourse, maar gewoon fuck, suck, dick, lick.”

Moeder Germaine is aanvankelijk geschokt als ze hoort dat haar dochter ’de onbetwiste koningin van de Amerikaanse seksindustrie was geworden’. „Maar tijdens al mijn problemen stond ze altijd achter me met haar liefde en loyaliteit. We hadden een symbiotische relatie.” Haar moeder is na de dood van Xaviera’s vader twintig jaar samen geweest met een lesbische vrouw. „Die haar trouw tot haar dood verzorgde en erg veel van haar hield.”

Later woont Xaviera in Toronto en trouwt ze met een antiquair. Vanwege haar reputatie wil hij geen kinderen. Tegen zijn wil in raakt ze toch in verwachting. In het boek ’Kind af’ schrijft ze: ’Maar zelfs als ik me eenzaam voelde, werd ik getroost door de gedachte dat er een klein schepseltje, helemaal van mij, binnen in me groeide’.

In de vierde maand gaat het mis. Met spoed moet ze naar het ziekenhuis. Het blijkt een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. „Dat was heel zwaar.”

Het huwelijk strandt en ook Canada moet ze verlaten. Ze kan geen kinderen meer krijgen. „De hele rataplan werd verwijderd. Ik had best een zoon willen hebben. Een dochter had ik teruggeduwd… te veel competitie als ze een tiener zou worden.”

Biseksueel

„Ik ben biseksueel, heb jarenlang een lesbische vriendin gehad”, vervolgt Xaviera. „In monogamie geloof ik niet. Maar ik denk dat een heleboel mensen wel monogaam leven uit angst hun partner te verliezen of te kwetsen.”

Niettemin kan ze jaloers zijn. „Ik had liever dat mijn lover het met tien vrouwen één nacht deed, dan met één vrouw tien nachten. Want dan heb je echt een relatie.”

Aanvankelijk valt ze op oudere, intellectuele Joodse mannen die op haar vader lijken. Later op vrouwen met de elegantie van haar moeder en op jongens, die haar zoon konden zijn. Eentje is zelfs dertig jaar jonger. „’De hoop op kleinkinderen zal ik maar opgeven’, zei zijn moeder.”

Opnieuw klinkt de deurbel en komt een echtpaar binnen. Hun ogen gaan gebiologeerd langs de schilderijen en relikwieën uit een enerverend leven. In deze huiskamer zijn zelfs theatervoorstellingen, concerten, diners en kledingweggeefparty’s gegeven. Xaviera schakelt moeiteloos over in het Frans. „Bonjour! Wat is dat voor hondje? Een chihuahua? Hoe laat wilt u ontbijten? Half negen. Très bien.”

Mijn graf

„Ja ik spreek vijf talen. Wandelend langs het strand leerde mijn vader mij steeds een nieuwe taal”, mijmert Xaviera.

De dood lonkt. Maar eerst nog een paar boeken uitgeven. En een column over seks in het blad LINDA lijkt haar ook wel wat. „Wat mijn sekstip zou zijn? Houd de humor erin, doe niet zo serieus.”

Ze doet haar rode oorbellen uit. „Ik ben altijd al gefascineerd door de dood. Doordat ik een oorlogskind ben, denk ik. Zo vaak heb ik al pogingen gedaan, maar die zijn allemaal mislukt.”

„Ik zie niet op tegen de dood. Ik geloof niet dat er hierna iets is. Op mijn graf mogen ze zetten: ’Hier ligt Xaviera, ze heeft een vol leven gehad’.”

Bron: Telegraaf.nl