Topman krijgt tonnen mee ondanks uitspattingen met strippers

Beschuldigingen van verboden privéhandeltjes, antisemitische uitbarstingen en uitspattingen met strippers en prostituees. Voor Van Caem Klerks Group (VCKG) waren die in 2020 reden om zijn ceo op straat te zetten. Toch vindt het gerechtshof in Amsterdam nu dat het handelshuis de topman niet op staande voet had mogen ontslaan. Het resultaat: hij krijgt ruim €330.000 mee.

De verwijten van VCKG aan het adres van de 38-jarige ceo logen er bepaald niet om in 2020. Het handelsbedrijf in cosmetica, parfum en sterke drank meldde zestien redenen in zijn ontslagbrief waarom hij per direct moest vertrekken.

De topmanager zou de onderneming hebben benadeeld door privéhandeltjes te voeren met andere bedrijven. Ook werd de op Cyprus woonachtige Libanees beschuldigd van „antisemitische uitbarstingen waarbij zelfs de Holocaust werd bejubeld.” Tevens werden hem vrouwonvriendelijke uitspraken en uitspattingen met strippers en prostituees verweten.

’Informele sfeer’

De ceo heeft eerder aangegeven dat de strippers en prostituees pasten in de ’informele sfeer’ die er in zijn tijd bij het handelshuis bestond, waarbij regelmatig werd geborreld en gefeest. Hij sprak andere beschuldigingen tegen. Volgens hem moesten die vooral worden gezien als een doelbewuste poging van VCKG om goedkoop van hem af te komen. Hij berustte in zijn ontslag, maar stapte naar de rechter voor een royale vertrekvergoeding.

Het gerechtshof stelt nu dat de topman niet per direct op straat had mogen worden gezet. Volgens de rechter is zijn ontslag blijven steken in algemene verwijten en heeft het handelshuis niet duidelijk gemaakt welke gedragingen exact hebben geleid tot zijn ontslag. „Voor de werknemer was niet onmiddellijk duidelijk waarom hij op staande voet werd ontslagen.”

Vernietigend

Het gerechtshof haalt ook vernietigend uit naar een onderzoek van het bureau Integis dat ten grondslag ligt aan het ontslag. Volgens de rechter is het onderzoek onvolledig en te haastig uitgevoerd. „Daar komt bij dat de werknemer was toegezegd dat hij in het kader van het onderzoek zou worden gehoord, hetgeen niet is gebeurd. Van hoor- en wederhoor, toch een wezenlijk onderdeel van een deugdelijk onderzoek, is derhalve geen sprake geweest”, concludeert de rechter.

Op last van het gerechtshof moet VCKG ruim €330.000 meegeven aan de ontslagen ceo. Dat bedrag bestaat onder meer uit een transitievergoeding van €42.540, een schadevergoeding van €67.497, een contractuele beëindigingsvergoeding van €116.045, een billijke vergoeding van €56.247 en het terugbetalen van een schadevergoeding en onderzoekskosten van €49.831.

Tevens kan het handelsbedrijf volgens de rechter geen rechten meer ontlenen aan het concurrentie- en relatiebeding van de topman.

Het arrest van het gerechtshof is opmerkelijk, omdat de kantonrechter vorig jaar juist in het voordeel van VCKG vonniste. Volgens de kantonrechter was het ontslag op staande voet rechtsgeldig, omdat de topman concurrerende nevenactiviteiten verrichtte en daardoor omzet afsnoepte van zijn werkgever. Maar het gerechtshof is dus tot een ander vonnis gekomen.

Bron: Telegraaf.nl