Brusselse commissie Binnenlandse Zaken stemt aanbevelingen over aanpak sekswerk

In de commissie Binnenlandse Zaken in het Brussels Parlement is een resolutie voor een integrale aanpak van het sekswerk in het Brussels Gewest goedgekeurd.

België is een van de landen die een pioniersrol invullen in het decriminaliseren van sekswerk. Sinds 18 maart 2022 is België het eerste land in de EU dat sekswerk uit het strafwetboek heeft gehaald.

Het Brussels Gewest heeft een resolutie voor een eigen regelgevend kader gestemd in de commissie Binnenlandse Zaken van het Brussels Parlement. “Een allesomvattende aanpak om het sekswerk zo goed mogelijk te omkaderen”, zegt Brussels parlementslid Els Rochette (One.Brussels-Vooruit) van de meerderheid.

“Het streefdoel van de resolutie inzake sekswerk is een harmonieuze en respectvolle relatie tussen alle betrokken partijen”, aldus Rochette.

In de resolutie die werd goedgekeurd wordt voorzien in de oprichting van een overlegplatform. Daarbij hebben gemeenten, gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de politiezones, de vertegenwoordigers van sekswerkers en buurtcomités elk een stem om “samen te werken aan een gemeenschappelijk aanpak”, zegt Rochette.

Dit overlegplatform moet nu samenwerken aan een gewestelijk actieplan voor sekswerk in Brussel. De resolutie voorziet tevens een referentiepersoon per politiezone om uitbuiting en mensenhandel in de sector actief te bestrijden. Politieagenten moeten ook beter opgeleid worden om dit te herkennen.

De sekswerkers moeten bovendien genieten van een laagdrempelige toegang tot gezondheidszorg en sociale diensten. De personeelsleden van OCMW’s en Actiris moeten sekswerk op een niet-stigmatiserende manier begeleiden of professioneel kunnen heroriënteren. Deze personeelsleden moeten daarvoor opgeleid worden. In buurten waar sekswerk plaatsvindt moeten er daarnaast voldoende openbare toiletten zijn.

“De organisaties op het terrein doen fantastisch werk, maar hebben niet de nodige middelen. Al jaren zijn die organisaties vragende partij voor één globale Brusselse politiek rond sekswerk. Daar draagt deze resolutie toe bij”, meent Rochette.

Toch heerst er ook kritiek op de stemming van de resolutie en de eerste stappen naar een Gewestelijk wetgevend kader voor sekswerk.

“Ik heb mijn voorbehoud”, zegt Brussels parlementslid voor N-VA Mathias Vanden Borre. “De tekst van de meerderheid schiet op heel wat vlakken tekort. Voor ons is het duidelijk: sekswerk moet op een veilige manier plaatsvinden, dat kan voor ons het best door raamprostitutie te verbieden en dit enkel te gedogen in een afgebakend concentratiegebied – wat nog steeds een taboe is in Brussel.”

Hiermee doelt Vanden Borre op het Antwerpse model, waar in samenwerking met hulp- en veiligheidsdiensten een perimeter voor sekswerk en raamprostitutie is vastgesteld. “De tekst van de meerderheid zal niet de grote omslag bewerkstelligen, er is geen sprake van een verbod op straatprostitutie”, meent Vanden Borre. “De meerderheid wil straatprostitutie zelfs faciliteren door openbare toiletten te voorzien in de buurten waar sekswerk plaatsvindt.”

Ook voor CD&V-parlementslid Bianca Debaets “blijft de meerderheid de kop in het zand steken rond de prostitutieproblematiek”. N-VA en CD&V vinden elkaar in het Antwerpse model. “Een goed omkaderde gedoogzone zoals in Antwerpen bleek moeilijk te liggen voor de meerderheid, dit omwille van de weerstand van de burgemeesters in Brussel. Daarmee wordt nog maar eens bevestigd waar de échte macht ligt”, zegt Debaets. “Bovendien wordt er niet gesproken over het laten verdwijnen van de straatprostitutie.”

De tekst van de meerderheid is voor Debaets “een erg mager beestje”. “Ik vraag al meer dan vijftien jaar naar meer gewestelijke coördinatie in de prostitutieproblematiek. Op deze manier zal het nog heel lang duren vooraleer we effectief vooruitgang kunnen boeken, de buurtbewoners en sekswerkers zijn de dupe van dit getalm.”

Bron: despecialist.eu