Is verplaatsen van sekswerkers in Amsterdam wel de oplossing? En nog 19 vragen over erotisch centrum

Twee weken geleden werden de drie mogelijke locaties voor een erotisch centrum bekendgemaakt. Hoe gaat het nu verder? Gaat dit helpen tegen de overlast in het centrum? Twintig vragen en antwoorden over het erotisch centrum.

In 2019 zei de toen nog kersverse burgemeester Femke Halsema na te denken over het verplaatsen van sekswerkers uit het Wallengebied. Zo’n vier jaar later heeft ze een nieuwe stap gezet met de bekendmaking van drie locaties waar een erotisch centrum in de stad kan komen.

Bij de RAI gaat het om twee mogelijke locaties: in de ‘oksel’ van de afrit tussen Amstelpark en de Europaboulevard, of in de zogenoemde Groene Zoom, pal naast het NH Hotel op de Europaboulevard. De derde locatie is op de NDSM-werf in Noord, tussen het Straatmuseum en restaurant IJver in.

De komst van een centrum roept veel vragen op. Een overzicht in twintig antwoorden.

1. Hoe is de gemeente tot deze locaties gekomen?
De gemeente heeft 24 locaties in acht gebieden onderzocht. Er vielen plekken af omdat ze bijvoorbeeld slecht bereikbaar zijn met het ov, auto’s niet anoniem konden parkeren of omdat het botst met de natuur. Daarnaast keurden onderzoekers locaties af omdat de buurt te kwetsbaar is en ook de politie oordeelde meermaals dat sommige gebieden onveilig zijn omdat ze te afgelegen liggen.

Uiteindelijk bleven veertien locaties over die als goed genoeg werden beoordeeld. Halsema koos ‘alles overwegende’ voor de RAI en NDSM-werf als definitieve locaties. De plekken zijn redelijk tot goed bereikbaar, er kan aansluiting gevonden worden bij aanwezige horeca en evenementen, de sociaal-maatschappelijke impact is laag tot gemiddeld en de politie acht de locaties relatief minder kwetsbaar dan andere plekken.

2. Wat kan een bezoeker aantreffen in een erotisch centrum?
Het gebouw krijgt honderd werkplekken voor sekswerkers. De ramen zijn inpandig, maar online moeten klanten ook een sekswerker kunnen boeken. In het gebouw komen horecazaken en verschillend erotisch entertainment, zoals een sekstheater, seksclub of een erotheek. Een gemengde hetero- en lhbtq-nachtclub waar sekswerkers klanten kunnen werven, behoort ook tot de mogelijkheden. Daarnaast moet er een winkel komen met erotische artikelen.

3. Hoe moet het centrum eruit gaan zien?
Alle bezoekers komen via dezelfde ingang naar binnen, waarna zij op een ‘discrete manier’ naar sekswerkers kunnen lopen op de bovenste verdiepingen. De ruimte daar is open en overzichtelijk, ook zodat de doorstroom goed verloopt en overlast wordt voorkomen. Op de lagere verdiepingen zitten horecazaken of ander erotisch vermaak.

4. Komt er een minimumleeftijd? Kost het geld om binnen te komen? Wat worden de openingstijden?
Het zal niet permanent open zijn en het ligt in de verwachting dat iedereen 18 jaar of ouder moet zijn om toegelaten te worden. Het heffen van entree om pottenkijkers te weren wordt overwogen, maar deze vragen worden pas echt beantwoord als het centrum in de eindfase zit.

5. Heeft de gemeente eerder sekswerkers verplaatst?
Zeker. Eind vorige eeuw was er veel straatprostitutie rondom Amsterdam Centraal. Oud-burgemeester Schelto Patijn verplaatste ze in 1996 naar de Theemsweg in het Westelijk Havengebied, maar overlast zorgde ervoor dat de tippelzone in 2003 werd opgeheven. Sindsdien is straatprostitutie uit het Amsterdamse straatbeeld verdwenen. De huidige verplaatsing is dan ook van een andere orde.

In 2016 probeerde oud-burgemeester Eberhard van der Laan meer grip te krijgen op sekswerk door ‘gemeentebordeel’ My Red Light te openen. Het moest een plek op de Wallen zijn zonder pooiers, zonder mensenhandel en gerund door de sekswerkers zelf, maar na vier jaar ging het prestigeproject roemloos ten onder met een ton aan schuld en meerdere meldingen van mensenhandel.

6. Bemoeit de gemeente zich deze keer met het uitbaten van het pand?
Nee. Halsema benadrukt dat de gemeente niet meewerkt aan de exploitatie van de kamers en andere zaken, maar wel ‘hoge eisen’ aan de uitbaters stelt. Om monopolieposities te voorkomen wil de gemeente meerdere ondernemers aantrekken. De gemeente is wel toezichthouder en verleent de benodigde vergunningen, maar de ondernemers bepalen de prijzen van de raamverhuur aan sekswerkers. De gemeente ziet vrouwen het liefst hier als zelfstandige werken. De burgemeester verwacht dat de huurprijzen hier lager zullen zijn dan op de Wallen.

7. Veroorzaken sekswerkers ook overlast in het Wallengebied?
Nee. In een debat eind 2022 benadrukte de burgemeester nog maar eens: sekswerkers zijn niet de oorzaak van de overlast, maar net als bewoners juist de dupe van de veranderde sfeer op de Wallen. “Het is een toeristische attractie geworden die gepaard gaat met een zeer onwenselijke vernedering van de sekswerkers.”

8. Is verplaatsen dan wel de oplossing?
Dat is nog maar de vraag. Zeker is dat er vanuit deze maatregel ook een symbolische functie uitgaat. Door sekswerkers te verplaatsen, moet de aantrekkingskracht op de Wallen minder worden waardoor er uiteindelijk minder blow- en braltoeristen naar Amsterdam komen. Maar minder drukte en overlast? De Wallen blijft een uniek stukje in Amsterdam dat in elke reisgids wordt aanbevolen – dat verdwijnt niet zomaar.

9. Heeft Halsema meer redenen om sekswerkers te verplaatsen?
Halsema wil de positie van sekswerkers verbeteren. Zij moeten een plek krijgen waar ze veilig, legaal en ongestoord kunnen werken. Een erotisch centrum moet ook van pas komen bij het doorbreken van taboes. Sekswerk moet niet worden weggemoffeld, maar zaken als seksualiteit, erotiek, diversiteit en inclusiviteit moeten worden verwelkomd en gevierd, zoals de burgemeester zegt.

10. Helpt een erotisch centrum tegen uitbuiting en mensenhandel?
Nee, zegt Marie-Louise Janssen (Universiteit van Amsterdam). Zij heeft jarenlang met slachtoffers van mensenhandel gewerkt en doet sinds 2000 onderzoek naar de seksindustrie en mensenhandel. “Mensenhandel gebeurt veel minder bij vrouwen die achter ramen staan. Het komt meer voor bij gesloten bordelen of thuisontvangst. Het verplaatsen van de ene werkplaats naar de andere is geen efficiënte maatregel in de bestrijding van mensenhandel. Daarvoor moet eerst de arbeidspositie van sekswerkers worden versterkt.”

11. Willen sekswerkers werkzaam in het Wallengebied verhuizen naar een erotisch centrum elders?
Nee. Zes belangenorganisaties en 130 sekswerkers zeiden vorig jaar dat ze te weinig gehoord worden door de gemeente en willen niet gedwongen vertrekken. Volgens een woordvoerder van Prostitutie Informatie Centrum (PIC) is dat standpunt niet veranderd: “We worden naar de randen van de stad geduwd. Voor onze veiligheid is dat niet goed, voor onze inkomsten niet en ons werk wordt gestigmatiseerd.”

12. Hoe reageert de politiek op de weerstand die het plan bij sekswerkers oproept?
Politieke partijen zeggen het belangrijk te vinden dat sekswerkers worden meegenomen in de plannen. En ook Halsema zegt regelmatig met ze aan tafel te zitten, maar noemt de houding van de sekswerkers tegelijkertijd defensief. Vorig jaar zei ze in een interview dat veel vrouwen een ‘kwetsbare status’ hebben en worden aangestuurd door kamerverhuurders om op te komen voor kamers op de Wallen.

Halsema: “Maar ik wil de sekswerkers niet tekortdoen. Er zijn ook buitengewoon mondige vrouwen. Tegen hen heb ik nu een paar keer gezegd: denk eens mee over de verbetering van de situatie. Je kan niet alleen op de Wallen willen blijven werken als je weet dat de inwoners er zo veel last van hebben.”

Het is de vraag in hoeverre het haar gaat lukken om bruggen te slaan.

13. Zijn honderd ramen in het erotisch centrum voldoende?
Prostitutie Informatie Centrum vindt van niet. Momenteel telt Amsterdam 352 ramen, waarvan 249 op de Wallen, 63 in het Singelgebied en 40 op de Ruysdaelkade in De Pijp. Veel ramen zullen sluiten, zegt Halsema, maar het is aan de raad om keuzes te maken over de aantallen, welke ramen en wanneer dit gebeurt.

14. Als de ramen sluiten, wat komt daarvoor in de plaats?
Dat varieert. De laatste jaren zijn er meerdere ramen gesloten op de Wallen en daar zitten nu (tijdelijke) bewoners in, of winkels. De nieuwe invulling hangt ook af van bij wie het pand in beheer is.

15. Wat is de positie van de Amsterdamse gemeenteraad?
In 2021 stemde de raad in met de plannen voor een erotisch centrum. GroenLinks en D66 stellen als eis dat sekswerkers voldoende werkplekken overhouden. De partijen willen ook dat de gemeente met een bredere visie op sekswerk komt.

16. Wat wordt bedoeld met een bredere visie op sekswerk?
Tijden veranderen en steeds meer sekswerkers willen vanuit huis werken. Sekswerk is sinds 2000 in Nederland een legaal beroep, maar om dit werk thuis te doen moeten gemeenten de vergunningsregels aanpassen. Dat gebeurt nog maar amper, zocht Pointer uit. In 2021 mocht het slechts in 3 van de 352 gemeenten.

Inmiddels overweegt Utrecht dit door te voeren en GroenLinks heeft aan Halsema gevraagd om te onderzoeken of het in Amsterdam ook kan. Met reden: onderzoek uit 2010 zegt dat er tussen de 5000 en 7600 sekswerkers in Amsterdam zijn, van wie er maximaal 2000 zonder vergunning vanuit huis werken. Dat onderzoek is waarschijnlijk achterhaald door de technologische ontwikkelingen en de verwachting is dat veel meer sekswerkers onvergund thuiswerken.

Halsema komt nog dit jaar met plannen over het verbeteren van de arbeidspositie van sekswerkers.

17. Hebben andere steden een erotisch centrum?
Den Haag praat al jaren over een mogelijke verhuizing van de raamprostitutie naar een erotisch centrum, maar dat komt maar niet van de grond. Te weinig draagvlak en financieel te riskant, is de tendens. Het erotisch centrum in Keulen (sinds 1972), ging failliet in coronatijd, maar is inmiddels weer geopend. Halsema verwees eerder naar dit centrum als voorbeeld – een plek waar prostitutie geen toeristische attractie is.

In Antwerpen is sinds 2005 megabordeel Villa Tinto verrezen. Het heeft 51 suites, een politiebureau ter plaatse, een paniekknop onder de bedden voor de vrouwen, er zijn massagesalons en stripclubs met seksshows. Antwerpen heeft daarnaast ook nog drie straten met ramen voor sekswerkers.

Amsterdam kijkt ongetwijfeld over de stadsgrenzen, maar zal ook zelf het wiel willen uitvinden en een nieuw en modern bordeel willen neerzetten.

18. Hoe reageren bewoners uit Noord en Zuid op de komst van een erotisch centrum?
Halsema waarschuwde vorig jaar al voor het nimby-effect, dat staat voor not in my backyard. Op verzet werd dus door de Stopera gerekend en het gebeurt volop. Bewoners zijn petities gestart tegen de komst omdat ze vrezen dat het overlast, criminaliteit en drukte meebrengt.

Tegelijkertijd zijn er ook veel Amsterdammers die het niet als een probleem ervaren, maar die laten minder snel iets van zich horen. Halsema kan in ieder geval op steun rekenen van de Wallenbewoners: zij zijn dankbaar voor het lef dat ze toont door deze stappen te willen nemen.

19. Hoe gaat het nu verder?
De komende maanden is het aan de stadsdelen Zuid en Noord om de bewoners aan te horen. Zij organiseren inspreekmomenten en de stadsdelen koppelen dit weer terug aan het stadsbestuur. Daarna is het aan Halsema en de wethouders om tot een definitieve locatie te komen. Dat moet dit jaar gebeuren.

Als de locatie definitief is, komt er nog een participatietraject met de buurt en moeten er planologische en juridische procedures gestart worden. Het is uiteindelijk aan de gemeenteraad om tot een definitieve keuze te komen – naar verwachting in 2024.

20. En wanneer moet het erotisch centrum uiteindelijk openen?
In 2020 zei Femke Halsema dat het zo’n drieënhalf tot tien jaar kan duren voordat het centrum er staat. Dan zou het uiterlijk in 2030 moeten openen. Maar talloze hobbels liggen in het verschiet. Een lange adem is noodzakelijk – voor iedereen die hierbij betrokken is.

Bron: Parool.nl