Nog meer prostitutie in Den Haag? ‘Romantische Geleenstraat is fabeltje’

Nu het plan voor een erotisch centrum is gesneuveld, gaan er stemmen op om de raamprostitutie te concentreren in de Geleenstraat. Maar daar is de overlast al onhoudbaar, waarschuwen omwonenden.

Op een gure donderdagmiddag benen mannen door de Geleenstraat, hun capuchons op tegen regendruppels of pottenkijkers. Ze hebben nog een uurtje, dan moeten de rode lichtjes uit en gaan de ‘ramen’ dicht. Vanwege de lockdown, in normale tijden gaat het hier tot in de nachtelijke uurtjes door. “Dit is nog vrij rustig,” taxeert Joost Mendels vanaf de overkant.

Rustig, dat is ook het beeld wat veel politici op het stadhuis hebben van de Geleenstraat en de Hunsestraat. De prostitutiezone zou het betere broertje zijn van de Doubletstraat. Nou, Mendels weet wel beter. “Aan dat beeld willen wij tegenwicht bieden.”

Wij, dat is een klankbordgroep van inmiddels dertig omwonenden van de Geleenstraat. Ze hebben zich in allerijl verenigd nu de politiek denkt aan nóg meer prostitutie in hun wijk. Sinds het plan om de ‘ramen’ te verplaatsen naar een erotisch centrum is begraven, gaan op het Spui stemmen op om het sekswerk te concentreren in de Geleenstraat zodat tenminste de ‘Doublet’ dicht kan. Al in 2020 nam de gemeenteraad een motie aan om deze optie te onderzoeken.

Inmiddels pleiten Hart voor Den Haag/Groep de Mos, het CDA, de PVV en de ChristenUnie voor het sluiten van de Doubletstraat. Ook D66 heeft wel oren naar een ‘clustering’ in de Geleenstraat. En hoewel de VVD vasthoudt aan haar idee voor een erotisch centrum, zal zij een kans om de Doubletstraat te sluiten niet snel laten lopen.

Overlast Geleenstraat

Een nachtmerrie, aldus zes leden van de klankbordgroep. “We willen dat de prostitutie vertrekt, zéker niet dat de ellende uit de binnenstad hierheen komt,” zegt Joost Mendels. “We hebben geen last van de sekswerkers,” valt zijn vrouw José bij, “maar van de bezoekers. Ze rijden asociaal, maken lawaai, plassen in de portieken en laten hun zooi achter op straat, tot de condooms aan toe.”

De situatie is de afgelopen jaren verslechterd, merkt Johannes Spakman op. “Vroeger werden de bezoekers het liefst niet gezien, nu kunnen ze niet luidruchtig genoeg zijn. Ik heb dubbelglas en kan soms amper werken van alle herrie.” Scheurende scooters, sportuitlaten, oorverdovende motorfietsen, ‘wheelies’ en geruzie op straat behoren tot de dagelijkse ergernissen. “En zeg je er wat van, dan krijg je een scheldpartij over je heen,” vertelt José.

Hun ervaring staat haaks op het beeld van een volksbuurtje waar de hoeren ‘erbij horen’. Het zal aan de lobby liggen. Anders dan het buurtprotest rond de Doubletstraat geeft de Rivierenbuurt gemengde signalen af. “Bij sommige wijkgenoten leeft nog een romantische gedachte,” zegt John Verhoeff, directeur van de Jan van Nassauschool in de Zaanstraat. “Maar het is absurd wat zich hier afspeelt op een steenworp afstand van een basisschool.”

Terwijl de romantici, die verderop in de wijk wonen, geregeld hun zegje mogen doen, voelen de omwonenden van de Geleenstraat zich al jaren niet gehoord. De tijden van weleer, toen bewoners en sekswerkers voor elkaar een oogje in het zeil hielden, is volgens Joost Mendels passé. “Ik zie alleen nog meisjes die door auto’s met witte kentekens worden afgezet.”

Leegstand

Toch vindt William de Blok dat de gemeente een clustering serieus moet onderzoeken. “In de Geleenstraat is best wat leegstand,” verklaart het raadslid van Hart voor Den Haag. “De exploitanten staan wel open voor de komst van ‘ramen’ uit de Doubletstraat.” Hij wijt de overlast aan de afgenomen handhaving. “Als de gemeente niet optreedt, dan maakt het niet uit waar de prostitutie staat.”

De stad is veranderd, benadrukt het bewonerscollectief. “Vroeger lag de Rivierenbuurt aan de rand van de stad,” schetst Spakman. “Nu ligt de wijk midden in het Central Innovation District, hartje centrum.” Ook de klant is veranderd. Bezoekers komen tegenwoordig massaal met de auto van heinde en verre, want het prostitutieaanbod in Nederland is uitgedund. Bedrijvigheid die zo veel autoverkeer aantrekt, hoort niet in de binnenstad, vindt buurtbewoner Bob-Willem van Hooft. “Net als Ikea of de Hornbach.” Hij ziet alsnog kansen voor een erotisch centrum, bijvoorbeeld nabij het ADO-stadion. “Ze kunnen bij wijze van spreken het bestaande ontwerp daar neerzetten.”

Dat gaat er bij veel partijen niet in. “Voor ons is het onbespreekbaar om het sekswerk te verbannen naar de randen van de stad,” zegt Mariëlle Vavier, fractievoorzitter van GroenLinks. Nu er geen sekscentrum komt in de ‘Sporendriehoek’ tussen de Binckhorst en de Rivierenbuurt, vindt zij het tijd voor bezinning. “Dit is al heel lang een verkiezingsthema, waarbij partijen grote beloftes hebben gedaan over het sluiten van de Doubletstraat. Die pandeigenaren gaan dan niet meer investeren, omdat de situatie onzeker is. Het zou helpen als de politiek zegt: de komende tien jaar blijven de straten behouden en gaan we samen de leefbaarheid verbeteren.”

Veel jongeren

Hoge verwachtingen zijn er ook geschapen in de Rivierenbuurt. “Veel jongeren hebben zich in de wijk gevestigd,” zegt Van Hooft. “De makelaars vertellen iedereen dat de prostitutie weggaat.” Hoe dat zou zijn, konden ze ervaren tijdens de lockdown. “De kinderen waren aan het stoepkrijten op straat. Er stond nog maar een fractie van de auto’s.”

De klankbordgroep waakt ervoor dat zij wordt uitgespeeld tegen de omwonenden van de Doubletstraat. “We hebben met de wijkorganisatie Het Oude Centrum afgesproken dat we samen optrekken,” vertelt Dieter Kleinjan. “Óf de prostitutie vertrekt uit beide straten, óf helemaal niet.”

Bron: denhaagcentraal.net