Raamprostitutie achter gesloten deuren? ’Tegenwoordig is het al schrikken als er een blote borst op tv is’

Een doek erover. Toegangspoorten. Gordijnen dicht. Luiken voor de ramen. Een soort bordeelflat. Verstopt. De toekomst in Alkmaar van seksstraat Achterdam zou wel eens achter gesloten deuren kunnen zitten, denkt Achterdamkamerverhuurder Cees van Ojen. ,,Dat het niet meer zo openbaar wordt. Tegenwoordig is het al schrikken als er een blote borst op tv is. Met een omroep die vervolgens bang is om 3000 leden te verliezen.’’

Het zou wel eens het antwoord kunnen zijn op de steeds preutsere, of politiek correctere, tijden. Een roderamenstraat als die van de Achterdam schuurt met dat tijdsbeeld. ,,Je ziet het nu al: als een verdwaalde toerist langsloopt, vallen de ogen uit de kassen’’, zegt Van Ojen.

Maar zijn voorspelde gesloten bordeelflat is er voorlopig niet. ,,Ik ga het niet meer meemaken. Ja, ik ben al 65, maar dat is het nieuwe 50, hè.’’

Trouw en NOS schreven dat het aantal prostitutieramen in Nederland van 1500 gezakt is naar 1000 de laatste jaren. Dat wekt de suggestie dat raamprositutie eindig is. Uitsterven zal de raamprostitutie niet zo snel, is Van Ojens overtuiging. Zeker in Alkmaar niet.

In Alkmaar is er in 2013 wel flink gesneden in het aantal ramen. Toenmalig burgemeester Piet Bruinooge had een missie, hij wilde misstanden in de prostitutie aanpakken. Met man en macht bestormde hij de Achterdam. Dat leverde weinig op, maar het aantal ramen ging wel van 145 naar 69. Sindsdien is de toenmalig burgemeester de man wiens naam niet genoemd wordt op de Achterdam. Van Ojen: ,,Ik heb er politieke PTSS van. Gelukkig is er nu wel goed contact met de gemeente.’’

Sindsdien is het aantal stabiel: ,,69. Dat is toereikend. Dat aantal ramen dekt de behoefte. We hebben niet te klagen over de bezetting. Die zit altijd wel op de zeventig procent. De behoefte groeit altijd mee. Het is net als een winkelcentrum bouwen. Als je een hele grote bouwt, komen er ook meer klanten op af.’’

De groei is van het aantal ramen is uitgesloten, weet hij.

Corona

De hoogtijdagen liggen al een tijdje achter hem. De laatste grote verandering was corona, constateert hij. Met corona werd het ’s avonds stil. Dat is zo gebleven. ,,Ik heb daar geen verklaring voor. Overdag loopt het wel. Ooit was het anders. Vroeger fietste ik ’s avonds door de stad. Dan was het overal uitgestorven, maar op de Achterdam kon je over de hoofden heen lopen.’’

Natuurlijk is internet een grote factor. ,,Concurrentie noem ik dat. Dat is niet tegen te houden’’, maar dat verklaart voor hem niet het gebrek aan avondklanten. ,,Overdag loopt het wel goed. Waarom zou het ’s avonds anders zijn? Ik weet niet wat er gebeurd is. Zit iedereen ’s avonds achter Netflix?’’

De nieuwe kamerverhuurder Jeffrey Ootes probeerde afgelopen jaar de boel nog op te schudden: hij vocht voor een proef met langere openingstijden in het weekeinde. Hij kreeg z’n proef, maar die mislukte al snel. De mannen kwamen niet. ,,En als de mannen niet komen, hoeft het van dames al snel niet meer’’, zegt Van Ojen. ,,Vraag en aanbod.’’

De dames vinden het niet zo erg, denkt hij. Die willen niet voor niets niet werken met Koningsdag. Ze zitten niet te wachten op dronken klanten.

Juist daarin zit de sleutel: de sekswerkers willen geen gedoe. Ze willen zich veilig voelen. En daarom heeft de raamprostitutie altijd een plek, ook in de strijd tegen internetprostitutie, denkt Van Ojen. Utrecht sloot recent alle ramen. Die gemeente lijkt daar spijt van te hebben. ,,Met raamprostitutie heb je beveiliging, controles en hoeven de vrouwen niet na te denken hoe ze dat regelen met een hotel of zo. De vrouwen willen het gezeik niet.’’

Het beroep zal hoe dan ook nooit uitsterven, zegt hij. ,,De behoefte is er altijd. ’’

Opknappen

Twee jaar geleden was Van Ojen iets pessimistischer over de Achterdam. Dat had met de staat van de leegstaande panden in de straat te maken. Die waren aan het verpieteren. Maar inmiddels lijkt de eigenaar, de Rijksvastgoeddienst, de handschoen op te pakken. Her en der knapt die nu panden op.

Bron: Noordhollandsdagblad.nl