Raamexploitant Wallen klaar met politieke proefballonnen: ’Sekswerk is hier veilig’

Vervroegde sluitingstijden, een erotisch centrum. De Stopera strooit met plannen tegen raamprostitutie. Raamexploitant Pim van Burk (38) strijdt onvermoeibaar om het stadsbestuur op andere gedachten te brengen. „Sekswerkers zijn níet zielig.”

Om de extreme drukte op de Wallen op vrijdag- en zaterdagavond te reguleren, moesten ramen sinds juni om drie uur sluiten, in plaats van om zes. Omdat overlast niet afnam en het sekswerk onveiliger werd, werd de regel vorige week teruggedraaid. Van Burk, die ongeveer dertig ramen beheert, is blij dat het stadsbestuur zelf tot deze conclusie is gekomen.

Hoe verliep afgelopen weekend?

„We meten altijd het aantal incidenten, en hebben gezien dat dat enorm toenam toen de sluitingstijden waren vervroegd. Afgelopen weekend ging goed. Wat opviel was de gemoedstoestand van de sekswerkers. Rond middernacht begint het pas, en dan hadden ze nog maar twee, drie uur. Dat gaf veel stress. Ook voor transgender sekswerkers is het fijn, zij moeten het nog meer van de late uurtjes hebben.”

Wat doet dat met de Wallen, dit soort experimenten?

„Nou, als er hier in Amsterdam weer eens met veel bombarie een plannetje wordt losgelaten, dan heeft dat effect. Nuance gaat snel verloren. Neem het erotisch centrum. Veel mensen denken dat álle ramen hier verdwijnen, in plaats van zo’n 100 van de 250. Bovendien pas over een jaar of tien. Toeristen denken: ik moet er snel naartoe, want volgend jaar is het er niet meer. Dat zorgt juist voor méér drukte.”

Wat vind jij van het erotisch centrum?

„Ik durf er een goede fles wijn om te verwedden dat het er nooit komt. Over twee jaar zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Ik zou het heel knap vinden als partijen het in hun programma durven op te nemen. Dan kan er ook nog eens een referendum over komen. Jammer alleen dat het nog twee jaar duurt.”

Het is gepresenteerd als een plan dat ook goed is voor sekswerkers.

„Het enige wat goed is aan dit plan, is dat er werkplekken komen voor thuiswerkers. Die hebben nu niks. Maar per saldo zouden er ramen verdwijnen, terwijl er nu al te weinig zijn, zo’n 340 voor de 5000 sekswerkers in Amsterdam. Ramen zijn juist veilige werkplekken voor hen.”

Dat imago hebben de Wallen niet.

„Het beeld heerst dat het hier 24/7 Sodom en Gomorra is. Totale onzin, het grootste deel van de tijd is het hier netjes en rustig.”

Op die drukke avonden niet. Is het niet vervelend dat sekswerkers zo’n toeristische attractie zijn?

„Bekeken worden vinden sekswerkers niet vervelend. Zij bekijken jou ook hè? Ze hebben vaak de grootste lol als er stelletjes voorbijkomen van wie de man naar hen kijkt, en de vrouw boos. En het is een vorm van bevestiging. Voor transgender sekswerkers geldt dat nog meer, zij komen vaak uit landen waar zij zich moeten verstoppen. In die drukke uren is wel de ratio toeschouwer-klant uit balans. Ook omdat het voor klanten dan lastig binnen stappen is. En het is vervelend als mensen foto’s maken. Maar in principe moeten sekswerkers het juist van aanloop hebben, dus drukte is niet erg.”

Hoe kun je die drukte reguleren?

„Nu worden er hekken geplaatst om mensen in één richting te dirigeren, maar je kunt toegangswegen ook gewoon afsluiten. Veel bezoekers gaan dan ergens anders naartoe. Dat gebeurt met Pride ook op drukke plekken en dat werkt prima.”

Hoe ben jij eigenlijk raamexploitant geworden?

„Ik woon hier en ben er per toeval ingerold. Hier zat vroeger een gemeentebordeel, My Red Light. Dat is failliet. Maar ik werkte er en kon het zo’n 2,5 jaar geleden overnemen. Het werk is fantastisch leuk. Bedrijfseconomisch is het niet zo ingewikkeld om ramen te verhuren, maar er is maatschappelijk veel om te doen. En dan heeft sekswerk nog een enorm stigma. Mensen durven niet altijd te vertellen wat ze doen. Dat gevoel ken ik ook, uit de tijd dat ik nog in de kast zat.”

Hoe reageren mensen erop als je vertelt dat je dit doet?

„In mijn eigen queergemeenschap wordt het goed begrepen. Op feestjes vertel ik niet altijd wat ik doe, maar dat is meer omdat mensen het zo interessant vinden, dat ik daarna een uur over mijn werk praat.”

Wat merk jij zelf van de vooroordelen rond sekswerk?

„Nou, laatst zegde bijvoorbeeld een financiële dienstverlener de samenwerking per direct op, omdat ze niets te maken wilden hebben met de sector prostitutie. Dat stond letterlijk in de e-mail en dat doet pijn. Het is heel lastig om een pinapparaat te krijgen en een hypotheek kan ik wel op mijn buik schrijven. Sekswerkers hebben de grootste moeite om een zakelijke bankrekening af te sluiten of zich te verzekeren. Bij die obstakels zouden ze hulp moeten krijgen. Maar in plaats daarvan komen er heilsoldaten langs met koffie, want die meisjes zijn zo zielig. Hou toch op.”

Ze zijn niet zielig?

„Nee, dat is echt onzin. Ik hou graag data bij: de gemiddelde huurder bij mij is 34 jaar oud. Vaak komen vrouwen hier die eind twintig zijn, die willen dit werk vijf tot tien jaar doen en veel verdienen. Ze komen vaak uit Oost-Europa en staan er heel zakelijk in, ze investeren veel in vastgoed. Het werk is fysiek en mentaal zwaar, en het heeft risico’s. Je hebt weinig diploma’s nodig en er gaat veel geld in om. Wat dat betreft zijn sekswerkers vergelijkbaar met topsporters. Daar cirkelen ook vaak foute figuren omheen die willen meeprofiteren. Daar zijn we alert op.”

Vroeger gebeurde het wel dat vrouwen gedwongen werden achter het raam te staan.

„Je moet nu wel een hele domme pooier zijn om dat hier te doen, er is zoveel controle. Ik ben heel alert op mensenhandel en de raamexploitanten die ik ken, zijn dat ook. Onlangs hebben we op eigen initiatief een cursus gevolgd om dwang nog beter te kunnen herkennen. We zijn ook uitgebreid gescreend, iedereen moet de Bibob-procedure door. Die tijden van Şaban Baran die zijn vrouwen brandmerkte is echt voorbij op de Wallen.”

Bron: Telegraaf.nl