Sekswerkers in het nauw: ‘We zijn voor niemand belangrijk genoeg om voor te vechten’

Sekswerkers betalen netjes belasting en hebben een legaal beroep, maar het werken wordt ze steeds moeilijker gemaakt. Niet alleen moeten ze zich straks laten registreren en riskeren hun klanten gevangenisstraf, ook is het voor hen bijna onmogelijk om een zakelijke rekening, verzekering of accountant te krijgen.

Jeanet (niet haar echte naam) is al 29 jaar sekswerker. Ze ziet zichzelf als ‘happy hooker’, maar veel reden voor blijdschap is er niet. Donkere wolken pakken zich samen boven de sector, die in Nederland sinds de opheffing van het bordeelverbod in 2000 volledig legaal is. ‘Wij zijn niet meer zo salonfähig. Ik loop al lang mee en kan het historische plaatje zien. Ik heb het gevoel dat het net zich langzaam om ons sluit.’

Ruim twintig jaar na het schrappen van het bordeelverbod – bedoeld om prostitutie als een normaal beroep te reguleren – wordt het sekswerkers steeds moeilijker gemaakt om hun beroep uit te oefenen. De Wet regulering sekswerk (Wrs ), die al vele jaren in Den Haag op tafel ligt om uitbuiting of mensenhandel in de sekswerkbranche te voorkomen, werpt zijn schaduw vooruit.

Deze wet voorziet in een verplichte vergunning en landelijke registratie voor sekswerkers. Die zitten daar – uit angst voor verlies van privacy – niet op te wachten. Het is de bedoeling dat ambtenaren per gemeente gaan beoordelen of sekswerkers wel uit vrije wil aan de slag zijn. ‘Hoe kan een ambtenaar nu bepalen of ik wilsbekwaam ben?’, vraagt Jeanet zich af. ‘Dat is heel moeilijk op te maken uit één intake-gesprek.’

Register voor sekswerkers

Dat is inderdaad een utopie, meent Heleen Driessen. Zij is verbonden aan het Prostitutie & Gezondheidscentrum en is ook zorgcoördinator slachtoffers mensenhandel. ‘In één gesprek vaststellen of iemand slachtoffer is van mensenhandel is niet te doen. Soms zien wij pas na drie jaar dat iemand al die tijd veel geld aan iemand anders heeft afgedragen.’

De sekswerkers staan niet alleen in hun kritiek op het wetsvoorstel. De Eerste Kamer was tegen en de Raad van State vreest een averechts effect: dat sekswerkers door de wet richting illegaliteit worden geduwd. De rechtbank Amsterdam en de Autoriteit Persoonsgegevens keerden zich al tegen het registreren van gegevens van sekswerkers.

‘En toch ligt dezelfde ellende er weer’, constateert Jeanet. Ze denkt dat de wet er doorgedrukt is door de ChristenUnie, in ruil voor steun aan het kabinet. De sekswerker gaat er dan ook van uit dat de wet door de Tweede Kamer zal komen. De kans dat de Eerste Kamer er nogmaals voor gaat liggen, acht ze niet groot: ‘We are fucked.’

Verslechterde positie

Irina Hornstra, lid van de belangenvereniging voor sekswerkers Proud, heeft staatssecretaris Eric van der Burg van Justitie vorige maand gewaarschuwd voor de gevolgen die de wet kan hebben. ‘Wat die beoogt en wat die bereikt staan lijnrecht tegenover elkaar’, zegt ze. ‘Verdere restricties voor sekswerkers zullen de doelstellingen van minder mensenhandel en minder uitbuiting niet dichterbij brengen.’

Kijk maar naar omliggende landen, zegt ze. ‘In landen met een restrictief beleid is de positie van sekswerkers verslechterd en neemt illegaal werken toe.’ In de wet staat dat klanten van sekswerkers die geen vergunning hebben, strafbaar worden. ‘Dan gaan klanten zichzelf beschermen. Die pikken niet meer iemand op straat op, maar op een afgelegen plek. Vanuit de empirie is het een monstrum, die Wrs.’

Voorstanders van de wet zien die juist als een manier om sekswerkers te beschermen. ‘Ik zeg niet dat ik de wet 100% steun zoals die er nu ligt, maar het is wel goed dat die wet er komt’, zegt SP-kamerlid Michiel van Nispen. ’Veel sekswerkers doen legaal hun werk, maar tegelijkertijd is mensenhandel een groot probleem.’ Ook het risico op uitbuiting ziet hij als een knelpunt.

Cijfers ontbreken

Alleen weet niemand hoe groot het probleem is. De Nationaal Rapporteur Mensenhandel houdt geen aparte cijfers bij van mensenhandel of uitbuiting in sekswerk. Een woordvoerder wijst op een schatting van het WODC van vijfduizend vermoedelijke gevallen van mensenhandel in Nederland in 2019. Het geschatte aantal slachtoffers van seksuele uitbuiting daalde tot ongeveer tweeduizend per jaar.

Het ministerie van Justitie en Veiligheid erkent dat over de omvang van mensenhandel op basis van beschikbare data nauwelijks betrouwbare uitspraken kunnen worden gedaan. Ook uit vergelijkende internationale onderzoeken kunnen volgens het departement geen conclusies worden getrokken over het verband tussen legalisering van sekswerk en mensenhandel.

Kamerlid Mirjam Bikker van ChristenUnie wijst op cijfers van het Coördinatiecentrum Mensenhandel. Daar zijn in de twee jaar voor de coronacrisis 1450 slachtoffers van uitbuiting in de seksuele dienstverlening gemeld. ‘Ik vind dat verschrikkelijk, ook omdat ik weet dat de meeste slachtoffers niet in beeld zijn en gemeld worden. Ik wil dat daar een einde aan komt.’

Zorgcoördinator slachtoffers mensenhandel Driessen vindt het moeilijk om te zeggen hoe vaak uitbuiting of mensenhandel in sekswerk voorkomt. ‘Bij het deel van de sector zonder vergunning komen wij minder makkelijk achter de deur.’ Het gebrek aan cijfers maakt het moeilijk om te beoordelen of nieuwe regels nodig zijn. ‘Dat zou legitiem zijn als het over een groot probleem gaat, maar dat weten we niet.’

‘ChristenUnie-wet’

De staatssecretaris van Justitie, de VVD’er Eric van der Burg, heeft best begrip voor argumenten van sekswerkers, meent Hornstra. ‘Maar hij zit in een spagaat omdat hij het regeerakkoord moet uitvoeren.’ ‘Het is een uitruiltje geweest om de ChristenUnie binnen te halen voor het kabinet’, meent ook sekswerker Jeanet. ‘Die wil de prostitutie afschaffen. Dat geldt trouwens ook voor een deel van de feministen.’

Bikker van ChristenUnie ziet dat anders. Het doel van de wet is uitbuiting tegengaan, zegt ze. ‘We moeten voorkomen dat mannen en vrouwen tegen hun zin in de seksindustrie werken. We weten dat dit nog veel te veel voorkomt.’ Zelfs de meest voorzichtige inschattingen laten volgens haar zien dat 10% van de vrouwen en mannen in de prostitutie slachtoffer is van mensenhandel.

‘Dat vind ik onbestaanbaar. Er moet meer zicht op de sector komen. We moeten voorkomen dat 18- en 19-jarigen in de prostitutie werken, en dat regelt deze wet ook. Zijn alle problemen opgelost met de nieuwe wet? Vast niet, maar we zetten belangrijke stappen. Al veel te lang blijft landelijke wetgeving uit.’

Sector in het nauw

Het sekswerk, waarin in Nederland volgens schattingen tussen de 10.000 en 30.000 mensen werkzaam zijn, staat onder druk sinds het bordeelverbod is geschrapt. Het aantal werkplekken met een vergunning is met meer dan de helft gedaald. Veel gemeenten krijgen het verwijt dat ze sekswerk ontmoedigen door minder vergunningen te verstrekken.

In het wereldberoemde Wallengebied in Amsterdam dreigen de rode lichten te doven. Veel ramen zijn gesloten. In heel Nederland zijn er nog maar twee tippelzones over. Van de privéclubs, escortbedrijven en massagesalons is twee derde verdwenen. ‘Lokale overheden voeren een uitsterfbeleid’, meent Hornstra. ‘Ze komen dan met het argument van overlast.’

Het gevolg is dat het legale deel van de sector krimpt. Naar schatting driekwart van het werk, dat wordt aangeboden op websites als Sexjobs.nl of Kinky.nl, vindt plaats buiten de vergunde werkplekken. Een klant die gebruikmaakt van de diensten van een sekswerker zonder vergunning, riskeert straks een gevangenisstraf of boete.

Dienstenweigering

Die strafbaarstelling gaat verder dan alleen klanten, maar strekt zich uit tot iedereen die geld verdient aan illegale of onvergunde prostitutie. Dat geldt voor verhuurders van kamers, maar ook voor chauffeurs, schoonmakers of bodyguards. Activiteiten van artsen, welzijnswerkers en reguliere werkzaamheden van advocaten en taxichauffeurs zijn volgens het kabinet niet strafbaar.

De zweem van illegaliteit maakt bedrijven huiverig om met sekswerkers te werken. In de sector gaat, net als bij autohandelaren, veel contant geld om. Veel klanten durven uit privacy-overwegingen niet te pinnen bij dames en heren van plezier. De bank weigert veel sekswerkers en exploitanten als zakelijke klant, omdat de herkomst van hun inkomsten onduidelijk zou zijn.

Bij banken, die hoge boetes riskeren als ze niet genoeg doen om witwaspraktijken tegen te gaan, gaan dan alarmbellen af en luiken dicht. In de praktijk is het daardoor voor deze beroepsgroep moeilijk om een zakelijke rekening te openen, een hypotheek of verzekering af te sluiten of een accountant te vinden. Daarnaast zijn er banken die sekswerk niet vinden passen in hun duurzame beleid.

‘Ze vragen waarom je zoveel contant geld hebt en sluiten dan je rekening af‘, zegt Jeanet. ‘Het was al een heel gedoe om die te krijgen’, wijst ze op een pinautomaat op een krukje bij het Prostitutie Informatie Centrum (PIC). Voor banken die haar als klant weren omdat ze ook christelijke klanten hebben, heeft ze weinig begrip. ‘Dan zeg ik: dat is toevallig, ik ook.’

‘We zijn ons ervan bewust dat sekswerkers moeilijkheden ervaren bij het afnemen van financiële dienstverlening’, aldus het ministerie van Justitie en Veiligheid. Met andere ministeries wordt bekeken of knelpunten op te lossen zijn. In het coalitieakkoord staat dat de rechtspositie van sekswerkers moet worden versterkt, bijvoorbeeld door de toegang tot verzekeringen en zakelijke rekeningen te verbeteren.

‘Praatjes voor de vaak’

Sekswerkers uitsluiten van diensten mag niet, maar gebeurt wel, weet onderzoeker en bedrijfskundige Simon Lelieveldt. ‘Op papier schrijft iedereen bij Financiën en De Nederlandsche Bank dat er geen categorische dienstenweigering mag plaatsvinden bij banken. Dat staat ook in het regeerakkoord. Maar dat zijn praatjes voor de vaak.’ De praktijk is volgens hem dat dreigende miljoenenboetes en instructies van DNB leiden tot uitsluiting en discriminatie.

‘Een hele serie branches die cash-intensief is – denk aan sekswerkers, juweliers, autohandelaren, cafés – of anderszins als risicovol wordt gezien, wordt momenteel gestigmatiseerd’, zegt Lelieveldt. ‘Als je er dan een Wrs overheen gooit, dan wordt het heel makkelijk voor banken om sekswerkers te identificeren en uit te sluiten. Je checkt op registratie, of je vraagt ernaar, en klaar is kees.’

Het ministerie zegt de bezwaren tegen de registratieplicht ‘niet onbegrijpelijk’ te vinden, maar die te beschouwen als noodzakelijk middel om misstanden te bestrijden. Ook een vergunning wordt nodig geacht om meer zicht te krijgen op de branche, al zal het ‘niet in alle gevallen mogelijk zijn’ om dwang te herkennen in een vergunningsgesprek. De verwachting is dat de meest schrijnende gevallen eruit gehaald worden.

Ommekeer in België

Terwijl Nederland de teugels aantrekt, laten ze die in enkele andere landen juist vieren. In Nieuw-Zeeland is sekswerk in 2003 gedecriminaliseerd. Sekswerkers kregen precies dezelfde rechten en plichten als alle ander beroepsbeoefenaars. Ze kunnen ruimtes huren, de kosten van de belasting aftrekken en konden in coronatijd gebruikmaken van staatssteun.

Ook België heeft onlangs Nederland ingehaald met een liberaal beleid rond sekswerk. Daarvoor zijn geen bijzondere regels of vergunningen meer nodig, zoals in Nederland. Het aanbieden van seks was in België al niet verboden, maar wie een sekswerker chauffeerde, klanten regelde of de boekhouding deed, was nog strafbaar. Zelfstandige sekswerkers vallen sinds enkele maanden onder dezelfde regels als alle andere zzp’ers.

De ChristenUnie pleit voor een veel restrictiever model, zoals dat in Scandinavië bestaat. Het kopen van seks wordt strafbaar voor de klant, net als in bijvoorbeeld Zweden, Noorwegen en Frankrijk. ‘ChristenUnie is voorstander van beleid dat zo min mogelijk slachtoffers van mensenhandel heeft. Juist daarom zien wij veel in de ommezwaai die eerder in Zweden en Noorwegen en later in Frankrijk is gemaakt.’

Jeanet ziet de dreigende restricties met lede ogen aan. ‘Wat ik zo verdrietig vind is dat er aan de ene kant zoveel haat is tegen ons, en dat we aan de andere kant voor niemand belangrijk genoeg zijn om voor te vechten.’

Bron: FD.nl