Waarom vandaag een cruciale dag is voor sekswerkers in België

Hans Vandecandelaere is auteur van het boek: En vraag niet waarom. Sekswerk in België (EPO, 2019). Hij schrijft voor De Morgen onderstaande column over een cruciale beslissing die vandaag genomen gaat worden over sekswerk in België.

De Commissie Justitie beslist vandaag of België al dan niet wereldtop wordt inzake prostitutiebeleid. Als ze het wetsvoorstel om sekswerk te decriminaliseren goedkeurt, dan kan daar later in het parlement over worden gestemd. Zetten we alweer een stap om ons in ethische kwesties te profileren als een bijzonder progressief land?

Voor een goed begrip. Het legaliseren van sekswerk, zoals dat in Nederland en Duitsland gebeurde, impliceert dat je nieuwe wetten maakt om enkel dat ene beroep te organiseren. Decriminaliseren is eenvoudiger. Je houdt in de strafwet wat daar hoort, namelijk de strijd tegen kinderprostitutie, uitbuiting en gedwongen mensenhandel. Maar al de rest hevel je over naar het normale arbeidsrecht.

In België mag je sekswerker zijn, maar alle derde partijen die sekswerk helpen organiseren, moeten vervolging vrezen. Je mag geen ‘huis van ontucht’ houden en geen sekswerkers aanwerven of vervoeren. Boekhouders, chauffeurs, verzekeraars en websiteontwikkelaars zullen zich op de vlakte houden. De grondgedachte van deze zogenaamde ‘abolitionistische’ wetgeving uit 1948 is dat een sekswerker een slachtoffer is dat moet worden gered in plaats van bestraft. En redden doe je door de uitoefening van het beroep nagenoeg onmogelijk te maken.

In de praktijk kent België een versleten gedoogbeleid. Voor sekswerkers is het erg moeilijk om sociale rechten op te bouwen. Bonafide uitbaters van sekswerkbedrijven kunnen er nooit gerust in zijn. En steden en gemeenten die de voorbije jaren hebben ingezet op kwalitatieve werkplaatsen in de raambuurten van bijvoorbeeld Schaarbeek, Gent en Antwerpen zitten mee in de grijze zone.

Drie jaar lang reisde ik als auteur en onderzoeksjournalist door het Belgische sekswerklandschap. Eén van mijn conclusies? Geen enkel prostitutiebeleid helpt voorkomen dat er slachtoffers van mensenhandel zijn, maar van de vijf juridische modellen die we wereldwijd kennen, is decriminalisering wel het meest humane.

Net voor mijn boek in 2019 ter perse ging, moest ik me reppen om er een addendum aan te breien. Voormalig minister van Justitie Koen Geens (CD&V) had aan een commissie de opdracht gegeven om het Strafwetboek op te frissen. Ook het seksuele strafrecht werd vanuit een moderne, hedendaagse bril herschreven. En jawel, vanuit het niets werd het artikel dat uitbating bestrafte opgeheven. De strafmaat op uitbuiting werd verhoogd, maar een sekswerkbedrijf met een correcte boekhouding en een uitbater die in goede werkomstandigheden voorzag, kon voortaan. Een enorme stap voor het welzijn van de sekswerker.

Noch ik, noch de door mij geïnterviewde gezondheidsorganisaties, de centra voor slachtoffers van mensenhandel, leden van het parket, de recherche en de sociale inspectie hadden dit onverhoopte nieuws zien aankomen. Het voorstel volgde nadien de geijkte weg, werd in eerste lezing goedgekeurd door de ministerraad en de Raad van State, totdat het door de val van Michel I in de schuif belandde.

Noodkreten

En toen kwam corona. De noodkreten namen toe. Het besef groeide dat sekswerkers door een gebrek aan sociale rechten uiterst kwetsbaar zijn. Sommigen vielen tijdens de lockdowns terug op de hulp van de voedselbanken. Het was de Open VLD die op een lovenswaardige manier het paart opnieuw voor de kar spande. In april 2021 legde de huidige minister van Justitie Vincent Van Quickenborne het wetsvoorstel voor decriminalisering weer op de tafel. De regering volgde in eerste lectuur en vandaag kan de voorlaatste kaap worden genomen.

Gaan de dames en heren van de Commissie Justitie het voorstel steunen? Zijn ze in de loop van vier zittingen voldoende en op een evenwichtige manier door voor- en tegenstanders gebriefd? Zelf volgde ik het vanop afstand en fronste zo nu en dan de wenkbrauwen. Violett, een van de grootste gezondheidsorganisaties voor sekswerkers, werd niet uitgenodigd. De drie centra voor slachtoffers van mensenhandel kregen samen slechts tien minuten spreektijd. Zij staan uitgesproken achter het voorstel voor decriminalisering. Drie Franstalige abolitionistische verenigingen kregen daarentegen dertig minuten spreektijd.

Ook het College van Procureurs-Generaal kwam aan het woord. Het vreest dat decriminalisering de deur opent voor mensenhandelaars, terwijl ik geen enkele methodologisch onderbouwde studie ken die een causaliteit vaststelt tussen prostitutiebeleid en mensenhandel. Het college maakte ook gewag van de situatie in Nederland waar volgens haar 70 procent van de sekswerkers met een statuut het slachtoffer zou zijn van mensenhandel. Dit terwijl meerdere officiële Nederlandse rapporten eerder spreken van 8 procent. Het College vreest vooral dat de al strenge mensenhandelwet niet volstaat. Door ook op basis van uitbating te kunnen vervolgen, houdt men een stok achter de deur in het geval dat er niet meteen voor mensenhandel kan worden vervolgd. Vreemd, want we gaan toch ook niet heel de horeca of de bouwsector juridisch criminaliseren omdat zich ook daar gevallen van mensenhandel voordoen?

Wat vandaag in essentie op tafel ligt, is de vraag of we een onderscheid gaan maken tussen bonafide uitbating en malafide uitbuiting. België is in dit vraagstuk gebonden aan een hogere internationale abolitionistische wetgeving die eveneens uitbating tout court strafbaar stelt. Maar onoverkomelijk is dit niet. Dat zogenaamde Verdrag van New York kan worden geamendeerd. Pas als een correcte uitbating zuurstof krijgt, ligt de weg open naar het uitwerken van een gedegen arbeidsregelgeving en een kader dat sekswerkers sociale bescherming geeft.

Vinden de parlementsleden vandaag de nodige morele moed en trekken ze het wetsvoorstel over de streep? Het zou uniek zijn. Wereldwijd deden enkel Nieuw-Zeeland en twee staten in Australië het ons voor, zonder dat decriminalisering daar leidde tot meer mensenhandel.

Ook bij de sekswerkers was er meer ‘thuiswerk’: hoe de coronacrisis ook die sector veranderde

Prostitutie is een sector waar véél centen in omgaan, en dus ontsnapte de business ook in de coronacrisis niet aan nieuwe economische wetten. Steunmaatregelen waren er voor sekswerkers niet, ‘thuiswerk’ des te meer. Hoe de coronacrisis ook die sector veranderde.

‘Wandelaars’, noemen ze zichzelf op de gespecialiseerde website Citygirl.nl, waar vaste klanten van sekswerkers ‘hun’ raamprostituees bespreken. Het bleef de afgelopen twee jaar vrij druk op het forum, en de dag dat wij er zijn – februari 2022 – zijn er ook aardig wat wandelaars in de rosse buurt van Gent. Opvallend wel: ze wandelen in de befaamde Vanderdoncktdoorgang of Glazen Straatje langs één kant met ramen die quasi volledig leeg staan. Meisje gezocht, hangt er ergens.

Het is een tendens die al langer aan de gang is, bevestigen ze bij Violett Gent, dat sekswerkers sociaal en medisch bijstaat. Raamprostitutie boert achteruit. Mogelijk heeft de coronacrisis een versterkend effect, maar bij Violett vinden ze het nog te vroeg om conclusies te trekken.

Een oudgediende in het circuit ziet het helder: “De raamprositutie heeft het al van voor covid moeilijk met sites als Redlights.be waar dames ook zichtbaarheid krijgen, zonder dat ze ‘raamgeld’ moeten betalen. Toen de lockdowns de sekswerkers-achter-het-raam verboden te werken, zijn er natuurlijk velen een studiootje gaan huren, waar de politie nooit ging controleren en sekswerkers klanten ontvingen. Helaas laten zulke toestanden ook meer ruimte voor malafide netwerken.”

Uitval

Niet zelden wijken Gentse raamprostituees ook uit naar andere steden, zoals Antwerpen. In het Schipperskwartier valt het nog mee, maar er is wel leegstand, zegt Wendy Gabriëls van Violett Antwerpen. “Mensen gaan waar er geld te verdienen is.” En dat lukte tijdens de lockdowns dus een stuk minder, aangezien ook de ramen vaak al voor middernacht sloten, net als de horeca. Vóór covid was er een dag- én nachtshift. Twee jaar vechten tegen een virus scheen ook voor verschillende sekswerkers een periode te zijn waarin ze – zoals u en ik – zich meer gingen bezinnen hun toekomst, geeft Gabriëls aan. Temeer omdat de sector nog altijd niet goed wettelijk geregeld is. Zo laat een Kroatische sekswerkster ons weten dat ze recent uit de business gestapt is, mee gedreven door gezondheidsklachten. Op een steunpremie kon ze als sekswerker nooit rekenen.

Nog een neveneffect van Covid-19: bij de sekswerkers in Antwerpen zijn de Oost-Europese niet noodzakelijk in overtal. “Toen Nederland bijvoorbeeld in lockdown ging, zagen we hier meer Nederlandse sekswerkers”, klinkt het. In de tippelbuurt van Brussel zien ze recent een nieuwe groep meisjes opduiken: Chinese en Vietnamese. Vermoed wordt dat het om mensenhandel gaat. Ook die netwerken gaan het geld achterna, en weg van politie die hen elders op de hielen zit.

Zwart geld

Verschillende ex-raamprostituees zullen door corona effectief meer aan ‘thuiswerk’ doen, weet men ook in Antwerpen. Dat kan dan bijvoorbeeld thuisontvangst als escort zijn, sekswerk waar vaak wat meer tijd voor uitgetrokken wordt, en beter verdient. Een veelvoud aan euro’s voor een uitgebreid aanbod in een veelvoud van tijd.

Hoewel. Die betere verdienste kwam ook onder druk door corona. “De meeste klanten betalen sekswerkers van hun zwart geld omdat hun vrouw er dan niet achter komt,” zegt een escort met ervaring. Door de coronacrisis dreigde voor nogal wat klanten inkomensverlies én minder bewegingsruimte, en dus gaf men die zwarte cash minder makkelijk uit. Dat voelden nogal wat escortes, verzekert onze vrouw. “Vijftig euro kun je makkelijk uit je huishoudbudget laten verdwijnen, 750 euro voor een escort niet.”

In de praktijk betekende het ook dat escortes die anders op zwart zaad dreigden te zitten, toch zo veel mogelijk klanten bleven ontvangen. “De laagste klasse heeft altijd door móéten werken, de hoogste begint nu pas weer als vanouds te draaien.” Telewerk is er nu ook, zegt een andere escort, met pakweg Skype-sessies.

Schudde corona dan de prijzenpolitiek in de hele sector door elkaar? Moeilijk te zeggen. De sector is ondanks al het glas zeker niet de meest transparante. Escortes met een vast klantenbestand hoefden hun prijzen niet te verlagen. Anderen herpakken zich stilaan. En in Gent schommelt de gemiddelde prijs voor twintig minuten ‘casual’ seks nog altijd rond de vijftig euro.

Herkennen de wandelaars hun wereld uit 2019 toch nog een beetje.

Bron: Nieuwsblad.be

Reclame voor sekswerk binnenkort niet meer strafbaar: “Belangrijke stap in strijd tegen misbruik en mensenhandel”

Bron: https://www.gva.be

Dinsdagmiddag schaarden alle meerderheidspartijen zich in de kamercommissie Justitie achter de hervorming van het seksueel strafrecht. Een belangrijk onderdeel van de tekst gaat over de decriminalisering van sekswerk en aanverwante diensten. Hoewel prostitutie op zich niet strafbaar is, zijn chauffeurs, boekhouders of advertentieplatformen rond sekswerk dat momenteel nog wel. Daar komt verandering in met het oog op een betere aanpak van mensenhandel en seksuele uitbuiting.
David Van Turnhout
Woensdag 16 februari 2022 om 05:00

“Dit is een belangrijke stap”, zegt kamerlid Ben Segers (Vooruit). “Het is gedaan met de problemen voor zelfstandige sekswerkers wanneer ze willen samenwerken met derde partijen. Bovendien hebben we er voor gezorgd dat gedwongen sekswerk niet onder de radar verdwijnt, en dat is een goede zaak”, klinkt het. Segers benadrukt dat het wetsvoorstel niet alleen focust op erkenning voor sekswerkers, maar ook meer mogelijkheden creëert om seksuele uitbuiting en mensenhandel actiever op te sporen en tegen te gaan.

Voordien werkten onder meer advertentieplatformen in een grijze zone. Ze werden wel gedoogd, maar verder kon de overheid hen geen regels opleggen of gedragscodes met hen afspreken omwille van die illegaliteit. “Door deze diensten uit het strafrecht te halen, kunnen we dergelijke websites eindelijk good practices opleggen en akkoorden sluiten”, aldus Segers.
“Door in te zetten op sensibilisering willen we klanten wegwijs maken in verantwoordelijk sekswerk”, legt Ben Segers (Vooruit) uit.

“Door in te zetten op sensibilisering willen we klanten wegwijs maken in verantwoordelijk sekswerk”, legt Ben Segers (Vooruit) uit. — © Bob Van Mol

Bij minister van Justitie Vincent Van Quickenborne klinkt een gelijkaardige boodschap. “Door het decriminaliseren van sekswerk, zal er een duidelijk onderscheid kunnen gemaakt worden met illegale praktijken zoals mensenhandel en andere vormen van misbruik.” De invoering van een nieuwe bepaling, ‘misbruik van prostitutie’, zal het mogelijk maken streng op te treden tegen wantoestanden in sekswerk.

De straffen hierop zijn één tot vijf jaar gevangenis en boetes van 500 tot 25.000 euro, afhankelijk van de aard van het misdrijf en het aantal slachtoffers.

Good Practices

Er bestaan intussen al heel wat voorbeelden van wat websites kunnen doen om misbruik en mensenhandel te bestrijden. Zo speurt advertentiewebsite Redlights.be actief naar berichten die wijzen op mogelijke wantoestanden. Reclame voor seks zonder condoom bijvoorbeeld, wijst in veel gevallen op misbruik of dwang. Naast actieve opsporing door de operatoren zelf, kunnen klanten of bezoekers van de site dit melden via een knop.

Redlights werkt ook samen met Child Focus in de strijd tegen prostitutie met minderjarigen. Wie via Redlights op zoek gaat naar een sekswerker, krijgt eerst een pop-up met een meisje te zien. Om verder te kunnen surfen, moeten bezoekers aangeven of het om een meerderjarige of minderjarige persoon gaat. De nadruk ligt daarbij vooral op sensibilisering.

“Momenteel gebeurt dit allemaal vrijwillig”, zegt Segers. “Maar niet elke website doet dergelijke inspanningen. Door dit in een wet te gieten, zullen we deze ingrepen binnenkort kunnen eisen van elk online platform dat reclame maakt voor seksuele diensten. Door in te zetten op sensibilisering willen we klanten wegwijs maken in verantwoordelijk sekswerk en misbruik zo veel mogelijk aanpakken.”

Risico op oplichting en afpersing bij ruim 700 online seksadvertenties

Bij ruim zevenhonderd advertenties op de grootste platforms voor sekswerkers, Kinky.nl en Sexjobs.nl, lopen klanten het risico te worden opgelicht, afgeperst of misleid. Dit meldt het tv-programma Pointer dinsdag op basis van eigen onderzoek.

Voor het onderzoek heeft Pointer een analyse opgevraagd bij de website Wieheeftgebeld.nl. Bezoekers van sekswerkers laten op Wieheeftgebeld.nl hun ervaringen achter, zodat nieuwe klanten op voorhand weten of zij met een betrouwbaar persoon te maken hebben.

De site heeft bijna zevenduizend telefoonnummers onderzocht die in advertenties voor sekswerkers voorkomen. Bij 394 nummers wordt gewaarschuwd voor oplichting, afpersing of misleiding. De nummers komen voor in 742 advertenties.

Op Wieheeftgebeld.nl wordt ook vaak gewaarschuwd voor oplichting en afpersing via webcamseks. Een slachtoffer dat met Pointer heeft gesproken moest geld betalen, anders zouden zijn naaktbeelden worden verspreid.

Klanten worden misleid met vooraf opgenomen beelden

Een van de bedrijven waarvan melding wordt gedaan, is een Nederlands-Pools bedrijf genaamd Wolfpack Entertainment. Volgens Pointer misleidt deze klanten met vooraf opgenomen video’s van erotische belafspraken. Bij liveshows hebben de klanten dus geen afspraak met een webcamgirl, maar met een callcentermedewerker die vooraf opgenomen beeldmateriaal afspeelt.

De chatsessies met klanten via WhatsApp worden ook uitgevoerd door callcentermedewerkers, in plaats van sekswerkers. Verder blijkt dat deze sessies worden ingezien door de eigenaar van het bedrijf. Tegen Pointer zegt hij dat dit “noodzakelijk is voor de bedrijfsvoering”.

Volgens universitair docent internetrecht Anne de Hingh is dat een grote privacyschending.” Het is niet de bedoeling dat een bedrijf kan meelezen wat een klant met een sekswerker bespreekt. Als het seksuele gesprekken zijn, en dat lijkt me hier zeker het geval, dan gaat het al snel over de privacy van de klant.”, zegt De Hingh tegen Pointer.

Naar aanleiding van het onderzoek heeft de website Sexjobs.nl alle advertenties van Wolfpack Entertainment offline gehaald. De site concludeerde dat Wolfpack misleidend bezig is en zegt dat de adverteerder niet meer welkom is.

Bron: nu.nl

Read more…

Seksclub Julia Bar moet blijven, vinden voetballers: ‘Gin kiete, mar tiete’

Huizen op de plek waar nu een seksclub staat? Als het aan de voetballers van Nulandia 5 ligt gaat dat niet gebeuren. ‘’Julia Bar moet behouden blijven, het is erfgoed voor ons’’, zegt één van de teamleden. ‘’Niet voor de seks, maar voor het biertje dat we daar drinken.’’ En daarom hebben ze bij de club een spandoek opgehangen: ‘Gin kiete, mar tiete’.

Het is een ludieke actie legt één van de mannen uit. Het is een actie van zo’n twintig voetballers tussen de 25 en 32 jaar, maar ze willen niet met hun naam genoemd worden: ‘’We hebben goede banen en sommigen al een gezin.’’

Het is niet zo dat ze zich schamen voor hun bezoek aan de Julia Bar (waar je via Google Maps binnen kunt kijken), want ze komen er alleen voor een biertje en om een beetje te kijken. ‘’Dat is zo’n twaalf jaar geleden ontstaan. We waren wezen stappen en daarna gingen we nog een biertje doen bij Julia’’, vertelt één van de mannen. ‘’Voor vijftien euro kun je naar binnen en dan krijg je drie consumpties. Het is voor ons gewoon een bruin café.’’

Maar dat bruine café, of eigenlijk seksclub, moet binnenkort plaatsmaken voor huizen. De eigenaar van het pand wil namelijk dat de entree van het dorp Nuland mooi wordt. De uitbater van Julia Bar, Henny van der Loo, moet dus op zoek naar een andere plek voor haar en haar meisjes.

Maar de voetballers van Nulandia willen dus geen andere plek voor Julia. ‘’Het is een traditie om daar een biertje te gaan drinken. Eigenlijk iedereen die drinkt in Nuland is weleens bij Julia naar binnen geweest.’’

En dan voornamelijk voor een biertje, verzekert de voetballer. ‘’Sommige mannen uit ons dorp gebruiken de bar ook waar deze voor bedoeld is, maar voor ons was het altijd leuk om te kijken wat er binnen komt. Je kijkt je ogen uit.’’

De actie van de voetbalclub is niet zonder reden. Julia Bar is de oude shirtsponsor van Nulandia. ‘’De seksclub heeft ons geholpen en nu willen wij Julia een hart onder de riem steken. Als Henny niet hier kan blijven, hopen we dat er een nieuwe plek komt voor haar zaak.’’

En hoe kijkt het dorp tegen deze actie aan? Volgens de voetballer vindt ‘zijn generatie’ de actie fantastisch. ‘’En onze vaders ook’’, zegt hij met een lach.

Read more…

Na getuigenis in Belgisch TV programma ‘Sekswerkers’: seksuologen vragen dringend wettelijke erkenning

“De wettelijke erkenning van seksuologen is noodzakelijk en dringend”. Dat zegt de Vlaamse Vereniging voor Seksuologie (VVS). Volgens de VVS werd de noodzaak voor erkenning opnieuw duidelijk na een recente uitzending van het programma Sekswerkers op Canvas.

In de vierdelige reeks Sekswerkers praat Gilles De Coster met vijf personen die actief zijn als sekswerker. Een van hen is ex-prostituee Sigrid Schellen, die zich na een carrièreswitch relatietherapeut en seksuologe noemt. Zij is een ervaringsdeskundige die zich uitgeeft als seksuoloog, aldus de VVS. Het zou geen alleenstaand geval zijn. “Iedereen kan zich zomaar seksuoloog noemen zonder enige ‘controle’ dat men over de nodige opleiding of competenties beschikt”, klinkt het.

De VVS streeft al jaren voor de wettelijke erkenning van de seksuoloog. Mensen hebben recht op kwaliteitsvolle hulpverlening, stelt de vereniging, of het nu over hun medisch, psychologisch of over seksueel welzijn gaat. Enkel dit laatste ontbreekt in de wet. De VVS erkent dat een ervaringsdeskundige een meerwaarde kan hebben, maar mensen moeten duidelijk weten bij wie ze aankloppen: een erkende seksuoloog of een ervaringsdeskundige.

Uit noodzaak introduceerde de Vlaamse Vereniging voor Seksuologie in 2015 de titel ‘klinisch seksuoloog VVS’ als kwaliteitslabel. Zo dient de klinisch seksuoloog een universitaire opleiding gevolgd te hebben in de seksuologie én dient hij/zij klinische gesuperviseerde werkervaring te kunnen aantonen. Op www.seksuologie.be of www.seksuoloog.be kunnen mensen en gezondheidsprofessionals deze seksuologen terugvinden.

Wetsvoorstel ligt klaar

Alles ligt al jaren klaar voor een wettelijk kader. De Hoge Gezondheidsraad heeft reeds in 2016 een duidelijk advies uitgesproken over het wettelijk erkennen van de seksuoloog als autonoom gezondheidsberoep. In 2017 en 2019 heeft Nathalie Muylle (CD&V) een wetsvoorstel ingediend, gebaseerd op het advies van de Hoge gezondheidsraad. De VVS en de SSUB (Waalse vereniging voor seksuologen) steunen dit wetsvoorstel. Zij vragen “met aandrang de nodige stappen te ondernemen om de burger te helpen in het vinden van kwaliteitsvolle seksuologische hulpverlening”.

Bron: gva.be

De beroemdste sekswerker van Suriname

‘Nederland en Indonesië hebben een gedeeld verleden, maar verschillende geschiedenissen. In een enquête van de Volkskrant en geschiedenissite Historia noemen Indonesiërs hoofdrolspelers waar bijna geen Nederlander van heeft gehoord.’ Met deze zinnen begon een artikel in de Volkskrant om te illustreren hoever de collectieve geheugens uit elkaar lopen als het gaat over de koloniale tijd in Indonesië. Deze regels hadden net zo goed kunnen gaan over Suriname, het andere land waar eeuwenlang een koloniaal bestuur was. Ook uit die tijd is er weinig kennis over de hoofdrolspelers. Maar het meest bekaaid komen de hoofdrolspeelsters uit deze tijd ervan af.

Kent u het levensverhaal van Wilhelmina Rijburg? De beroemdste prostituee van Suriname met de naam Maxi Linder? Vast niet. In haar leven heeft zij de belangrijkste mannen van het land als haar klant gehad en wordt zij alom bewonderd. Maar het is ook typisch dat u haar niet kent. Het lot van vrouwen uit de koloniale historie is soms niet alleen een zwarte pagina te noemen, maar eerder een onzichtbare pagina, wat het des te schrijnender maakt.

Wilhelmina speelt de hoofdrol in de roman De koningin van Paramaribo (1999) van de Surinaamse schrijver Clark Accord, die in 2011 op zestigjarige leeftijd overleed. Hij is een schrijver die mij nog steeds inspireert, omdat hij wél oog had voor onbekende vrouwen als Wilhelmina.

Over de onzichtbare verhalen van vrouwen gesproken: het is alweer veertien jaar geleden, maar ik herinner mij nog goed een scherpe column van Heleen Mees in NRC, waarin zij pleitte voor een monument voor slachtoffers van onbestraft oorlogsgeweld. ‘Voor de verkrachte vrouwen tijdens oorlog en conflict zijn er – anders dan voor andere slachtoffers van oorlogsgeweld en veteranen – geen herdenkingsplaatsen en rouwrituelen’, schreef Mees terecht. Het gaat hierbij om gruwelijke vormen van gendergerelateerd geweld, desondanks verstild tot onhoorbare geschiedenisecho’s. Alsof het geschreeuw op mute is gezet. Daarom pleitte Mees voor een monument ‘Eer de Onbekende Verkrachte Vrouw’.

Terug naar Wilhelmina. Haar geld gebruikte ze om anderen in armoede te helpen. Ze ging trots door het leven en maakte zich voor niemand kleiner, zeker niet voor een man. De wijze waarop zij een paar keer heftig wordt mishandeld in het boek door verschillende mannen, komt dan ook hard binnen bij mij. Net als de onthulling dat Maxi als kind werd misbruikt door een vriend van de familie. De persoon bij wie ze hulp zocht besloot met de beste bedoelingen om niets tegen haar ouders te vertellen, om hen die schande maar te besparen. Maxi’s ergste pijn en verdriet mochten er niet zijn.

Wanneer worden dit soort verhalen onderdeel van ons collectieve geheugen?

Iets over de helft van het boek over Wilhelmina volgt een historische gebeurtenis waarvan ik me tijdens het lezen stomverbaasd afvroeg waarom ik hier niemand ooit in Nederland over gehoord heb.

We lezen hoe het Suriname vergaat in de tijd van de Tweede Wereldoorlog. Er komen veel Amerikaanse troepen om de wereldwijde voorraad bauxiet in het land te beschermen, wat essentieel is voor het bouwen van vliegtuigen. De komst van de Amerikanen doet veel met het land en raakt ook sterk de levens van de prostituees: de vraag naar prostituees stijgt enorm en er is veel geld mee gemoeid. De Amerikaanse commandant stoorde zich vreselijk aan deze praktijken. Hij verordonneerde ‘dat er opgetreden moest worden tegen personen die de openbare orde verstoorden en de gezondheid van de troepenmacht in gevaar brachten. Zo werd het pad geëffend voor de grootste razzia in Suriname aller tijden. Overal in de stad werden vrouwen opgepakt, zonder enige vorm van protest’.

Dat geldt ook voor Maxi Linder. Accord beschrijft de omgeving waarin ze terecht komt als volgt: ‘Regelmatig vergrepen de bewakers zich aan de vrouwen. Degenen die zich daartegen verzetten, werden gemarteld en op andere wijze vernederd. Overdag liepen sommige vrouwen zonder kleren en helemaal over hun toeren van wat hun de avond ervoor was overkomen tussen de legerbarakken.’

Wanneer worden deze verhalen onderdeel van ons collectieve geheugen? Of is er sprake van een collectief geheugenverlies over de gruweldaden die tegen deze vrouwen zijn gepleegd, helemaal omdat ze plaatsvonden in een voormalige kolonie?

Bron: dekanttekening.nl

Bordelen in Sint-Truiden (B) krijgen vanaf nu elk jaar belastingbrief van 10.000 euro: ‘Beschamend voor de stad’

Eigenaars van Truiense eroshuizen zullen vanaf nu jaarlijks een belastingbrief van minstens 10.000 euro ontvangen. De taks komt er niet enkel om de overlast die bordelen veroorzaken te compenseren, maar ook om het succes van een legendarische prostitutiebuurt af te remmen. ‘De Chaussée d’Amour is beschamend.’

Het stadsbestuur doet er alles aan om de gewone werkmens kapot te maken.” In het schijnsel van felrode neonverlichting doet zestiger Roger* er donderdagmiddag alles aan om het bestaansrecht van zijn familiezaak op de Luikersteenweg in Sint-Truiden te verdedigen. Met fijngeknepen ogen staart hij naar de straat waar zijn collega-ondernemers tot vreugde van de lokale overheid hippe fietsenwinkels, ijssalons en garages uitbaten. Diezelfde erkenning krijgt hij niet, vertelt hij, terwijl hij naar de schaarsgeklede dame in zijn etalage knikt.

Als uitbater van een van de 33 erotische bars en seksclubs op de zogenaamde Chaussée d’Amour wordt zijn aanwezigheid slechts gedoogd. Waarnemend burgemeester van Sint-Truiden Jelle Engelbosch (N-VA) noemde de etablissementen recentelijk nog “beschamend voor de stad”.

De Vlaams-nationalist richt zijn pijlen op bars zoals die van Roger omdat ze volgens hem een verleden van criminaliteit en vrouwenhandel met zich meeslepen. Aan het begin van het millennium vonden verschillende aanslagen plaats, en ook vorig jaar nog werd een van de bars in brand gestoken. Daarnaast vinden iedere maand gemiddeld drie verkeersongevallen plaats op de baan, deels omdat chauffeurs afgeleid zijn door de sekswerkers die achter de ramen staan.

De N-VA-fractie lanceert daarom een plan waarbij iedere eigenaar van een eroshuis in de stad 10.000 euro aan bijkomende belastingen moet betalen, voor grote panden kan dat bedrag oplopen tot maximaal 15.000 euro. “Door die enorm hoge taks hopen we het houden van zo’n bordeel te ontraden, zodat het verhaal op termijn eindigt”, vertelde Engelbosch daar afgelopen zomer al over in Het Belang van Limburg.

Zijn partijgenoot, schepen van Financiën Jo François, nuanceert dat nu en verwijst naar een studie van de Nationale Bank die aantoonde dat Belgen in 2018 nog 1 miljard euro aan betaalde seks uitgaven. “Die taks is dus gerechtvaardigd omdat we zo de kosten van de overlast deels kunnen compenseren.”

Juridische achilleshiel

Uitbater Roger ergert zich aan de kortzichtigheid van de overheid. Hij wijst erop dat zijn sector door de coronacrisis al lang zwarte sneeuw ziet en dat mensen door de economisch moeilijke periode ook minder geld uitgeven dan in het verleden. De man heeft daarom een overleg met een advocaat gepland om uit te zoeken hoe hij in beroep kan gaan tegen de nieuwe taks. “Juridisch houdt dit geen steek, de overheid heeft geen poot om op te staan.” Hij wijst daarmee op een achilleshiel die ervoor zorgde dat eerdere versies van de bijkomende belasting voor eroshuizen sneuvelden.

Onder het bewind van geschorst burgemeester Veerle Heeren (CD&V) werd de belasting namelijk al enkele jaren niet meer geïnd. Uitbaters van bars op de Chaussée d’Amour spanden een rechtszaak aan tegen de stad omdat ze zich onrechtmatig behandeld voelden en ondertussen werd het steeds moeilijker om uit te zoeken wie de facturen precies hoorde te betalen. “Er werden verschillende vennootschappen met diverse postbussen opgezet, waardoor het niet langer duidelijk was tot wie we ons konden richten”, zegt François. Door nu rechtstreeks de eigenaars van de gebouwen aan te spreken, moet dat makkelijker worden.

Mensen die in de buurt van de wijk wonen, reageren verdeeld op de plannen die het stadsbestuur aankondigde. “Ik vind dat iedereen het recht heeft om zijn brood te verdienen. Bovendien zijn een heleboel van de sekswerkers ondertussen ook bekende gezichten geworden”, vertelt buurtbewoner Nadine (54). Zij is het ondertussen gewend dat er naast een frituur en een benzinestation ook seksclubs in de straat zijn. “Hier leeft altijd iets, ik zou het niet meer kunnen missen”, vertelt ze terwijl ze grinnikend naar een bar wijst waarop een gigantisch vrijheidsbeeld gebouwd is.

Niet iedereen heeft het makkelijk om met de sfeer in de straat om te gaan. “De sekswerkers die ik ontmoette, waren altijd heel vriendelijk. Maar toen ik hier kwam wonen, onderschatte ik dat ik ook hun cliënten zou zien. Zij geven me soms een ongemakkelijk gevoel”, vertelt een jonge dertiger die onderweg is om haar kinderen van school te halen.

Engelbosch mag misschien hopen dat de erostaks de activiteiten op de Chaussée d’Amour zal beperken, maar de vraag blijft waar alle sekswerkers dan heen zullen gaan. Magaly Rodriguez Garcia, die aan de KU Leuven onderzoek naar de geschiedenis van prostitutie doet, vreest dat de verhoogde belastingen voor een toename van het aantal clandestiene seksclubs kunnen zorgen. “De eerste slachtoffers daarvan zijn de sekswerkers zelf, want zij genieten dan niet langer van politiebescherming. Daardoor wordt het moeilijker om hun werk op een veilige manier uit te oefenen.”

De optie om een erotisch centrum buiten het stadscentrum op te richten en daarin alle seksclubs onder te brengen, een idee waar Engelbosch eerder mee speelde, is volgens Rodriguez Garcia evenmin een goed plan. “Op die manier groeit het risico op gettovorming. De logica van die overheden lijkt steeds weer dat prostitutie toegelaten is, zolang ze het maar niet hoeven te zien. Dat opent gewoon de deur naar louche praktijken.”

*Roger is een schuilnaam

Bron: demorgen.be

Nog meer prostitutie in Den Haag? ‘Romantische Geleenstraat is fabeltje’

Nu het plan voor een erotisch centrum is gesneuveld, gaan er stemmen op om de raamprostitutie te concentreren in de Geleenstraat. Maar daar is de overlast al onhoudbaar, waarschuwen omwonenden.

Op een gure donderdagmiddag benen mannen door de Geleenstraat, hun capuchons op tegen regendruppels of pottenkijkers. Ze hebben nog een uurtje, dan moeten de rode lichtjes uit en gaan de ‘ramen’ dicht. Vanwege de lockdown, in normale tijden gaat het hier tot in de nachtelijke uurtjes door. “Dit is nog vrij rustig,” taxeert Joost Mendels vanaf de overkant.

Rustig, dat is ook het beeld wat veel politici op het stadhuis hebben van de Geleenstraat en de Hunsestraat. De prostitutiezone zou het betere broertje zijn van de Doubletstraat. Nou, Mendels weet wel beter. “Aan dat beeld willen wij tegenwicht bieden.”

Wij, dat is een klankbordgroep van inmiddels dertig omwonenden van de Geleenstraat. Ze hebben zich in allerijl verenigd nu de politiek denkt aan nóg meer prostitutie in hun wijk. Sinds het plan om de ‘ramen’ te verplaatsen naar een erotisch centrum is begraven, gaan op het Spui stemmen op om het sekswerk te concentreren in de Geleenstraat zodat tenminste de ‘Doublet’ dicht kan. Al in 2020 nam de gemeenteraad een motie aan om deze optie te onderzoeken.

Inmiddels pleiten Hart voor Den Haag/Groep de Mos, het CDA, de PVV en de ChristenUnie voor het sluiten van de Doubletstraat. Ook D66 heeft wel oren naar een ‘clustering’ in de Geleenstraat. En hoewel de VVD vasthoudt aan haar idee voor een erotisch centrum, zal zij een kans om de Doubletstraat te sluiten niet snel laten lopen.

Overlast Geleenstraat

Een nachtmerrie, aldus zes leden van de klankbordgroep. “We willen dat de prostitutie vertrekt, zéker niet dat de ellende uit de binnenstad hierheen komt,” zegt Joost Mendels. “We hebben geen last van de sekswerkers,” valt zijn vrouw José bij, “maar van de bezoekers. Ze rijden asociaal, maken lawaai, plassen in de portieken en laten hun zooi achter op straat, tot de condooms aan toe.”

De situatie is de afgelopen jaren verslechterd, merkt Johannes Spakman op. “Vroeger werden de bezoekers het liefst niet gezien, nu kunnen ze niet luidruchtig genoeg zijn. Ik heb dubbelglas en kan soms amper werken van alle herrie.” Scheurende scooters, sportuitlaten, oorverdovende motorfietsen, ‘wheelies’ en geruzie op straat behoren tot de dagelijkse ergernissen. “En zeg je er wat van, dan krijg je een scheldpartij over je heen,” vertelt José.

Hun ervaring staat haaks op het beeld van een volksbuurtje waar de hoeren ‘erbij horen’. Het zal aan de lobby liggen. Anders dan het buurtprotest rond de Doubletstraat geeft de Rivierenbuurt gemengde signalen af. “Bij sommige wijkgenoten leeft nog een romantische gedachte,” zegt John Verhoeff, directeur van de Jan van Nassauschool in de Zaanstraat. “Maar het is absurd wat zich hier afspeelt op een steenworp afstand van een basisschool.”

Terwijl de romantici, die verderop in de wijk wonen, geregeld hun zegje mogen doen, voelen de omwonenden van de Geleenstraat zich al jaren niet gehoord. De tijden van weleer, toen bewoners en sekswerkers voor elkaar een oogje in het zeil hielden, is volgens Joost Mendels passé. “Ik zie alleen nog meisjes die door auto’s met witte kentekens worden afgezet.”

Leegstand

Toch vindt William de Blok dat de gemeente een clustering serieus moet onderzoeken. “In de Geleenstraat is best wat leegstand,” verklaart het raadslid van Hart voor Den Haag. “De exploitanten staan wel open voor de komst van ‘ramen’ uit de Doubletstraat.” Hij wijt de overlast aan de afgenomen handhaving. “Als de gemeente niet optreedt, dan maakt het niet uit waar de prostitutie staat.”

De stad is veranderd, benadrukt het bewonerscollectief. “Vroeger lag de Rivierenbuurt aan de rand van de stad,” schetst Spakman. “Nu ligt de wijk midden in het Central Innovation District, hartje centrum.” Ook de klant is veranderd. Bezoekers komen tegenwoordig massaal met de auto van heinde en verre, want het prostitutieaanbod in Nederland is uitgedund. Bedrijvigheid die zo veel autoverkeer aantrekt, hoort niet in de binnenstad, vindt buurtbewoner Bob-Willem van Hooft. “Net als Ikea of de Hornbach.” Hij ziet alsnog kansen voor een erotisch centrum, bijvoorbeeld nabij het ADO-stadion. “Ze kunnen bij wijze van spreken het bestaande ontwerp daar neerzetten.”

Dat gaat er bij veel partijen niet in. “Voor ons is het onbespreekbaar om het sekswerk te verbannen naar de randen van de stad,” zegt Mariëlle Vavier, fractievoorzitter van GroenLinks. Nu er geen sekscentrum komt in de ‘Sporendriehoek’ tussen de Binckhorst en de Rivierenbuurt, vindt zij het tijd voor bezinning. “Dit is al heel lang een verkiezingsthema, waarbij partijen grote beloftes hebben gedaan over het sluiten van de Doubletstraat. Die pandeigenaren gaan dan niet meer investeren, omdat de situatie onzeker is. Het zou helpen als de politiek zegt: de komende tien jaar blijven de straten behouden en gaan we samen de leefbaarheid verbeteren.”

Veel jongeren

Hoge verwachtingen zijn er ook geschapen in de Rivierenbuurt. “Veel jongeren hebben zich in de wijk gevestigd,” zegt Van Hooft. “De makelaars vertellen iedereen dat de prostitutie weggaat.” Hoe dat zou zijn, konden ze ervaren tijdens de lockdown. “De kinderen waren aan het stoepkrijten op straat. Er stond nog maar een fractie van de auto’s.”

De klankbordgroep waakt ervoor dat zij wordt uitgespeeld tegen de omwonenden van de Doubletstraat. “We hebben met de wijkorganisatie Het Oude Centrum afgesproken dat we samen optrekken,” vertelt Dieter Kleinjan. “Óf de prostitutie vertrekt uit beide straten, óf helemaal niet.”

Bron: denhaagcentraal.net

Sven: “Er zijn veel redenen om naar hoeren te gaan, in mijn geval is dat louter omwille van de schoonheid van vrouwen”

Er kleeft een geweldig stigma aan de job van sekswerkers en ook aan al wie sekswerkers opzoekt: klanten die hun plezier vinden in de betaalde liefde. Het is niet makkelijk om ervoor uit te komen dat je dat graag doet, maar Sven* was wel bereid om erover te vertellen in ‘De Wereld van Sofie’. Al 30 jaar lang gaat hij “naar de hoeren”, zoals hij dat zelf zegt.

Sven vond de prijs-kwaliteitverhouding de eerste keer fantastisch en dat heeft hem ertoe bewogen om terug te gaan. Het heeft hem al handenvol geld gekost, maar het is elke cent waard geweest. “Mijn partners hebben niets te maken met mijn zin in andere vrouwen. Het is niet uit een gebrek aan seks of kwaliteit ervan geweest dat ik prostituees bezoek. Het is louter omwille van de schoonheid van vrouwen.”

“Na verloop van tijd zoek je oorden op waar je ook kan praten met elkaar”, vertelt Sven ook. “Doorgaans hebben de vrouwen ook een inspanning gedaan om er aantrekkelijk uit te zien, en er is iets erotiserend aan een goed gesprek met een vrouw die er aantrekkelijk uitziet. Ik ben ervan overtuigd dat het beter is dan therapie.”

Beluister zijn getuigenis hier.