Gemeenten maken zelfstandig sekswerk vanuit eigen woning onmogelijk

Zelfstandig sekswerk vanuit huis is in bijna alle Nederlandse gemeenten onmogelijk. Hoewel sekswerk vanaf 2000 een legaal beroep is, mogen prostituees in slechts drie van de 352 gemeenten hun diensten vanuit de eigen woning aanbieden. Dat blijkt uit onderzoek van Pointer naar de vergunningsregels van gemeenten, ook wel de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) genoemd.

Sinds het afschaffen van het bordeelverbod in 2000 is prostitutie in Nederland gelegaliseerd. Toch mogen sekswerkers in bijna alle gemeenten hun klanten niet thuis ontvangen. Voor het verkrijgen van een vergunning mag de sekswerker namelijk niet zelfstandig werken. Naast de sekswerker moet er altijd een exploitant bij betrokken zijn.

Andere zelfstandige beroepen zoals nagelstylisten, kappers en masseurs mogen wel vanuit hun eigen woning werken. Voor sekswerkers gelden in de meeste gemeenten dus vergunningsregels. Daarnaast zorgen bestemmingsplannen er vaak voor dat sekswerk op woonlocaties niet is toegestaan.

Het aantal plekken waar sekswerkers hun werk legaal mogen uitvoeren, zoals privéclubs en bordelen, is vanaf 2000 fors afgenomen. Veel sekswerkers voelen zich gedwongen om illegaal vanuit huis te werken. Daarmee lopen zij het risico op hoge boetes en uithuisplaatsingen.

Volgens Rodney Haan van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) veroorzaakt dit lokale beleid dat sekswerkers in een kwetsbare positie komen. Illegaliteit en uitbuiting liggen op de loer. “Ze blijven hun werk wel doen, maar dat gaan ze in het grijze circuit doen. Mochten ze dan hulp nodig hebben, dan durven ze niet meer zo snel naar de instanties te stappen.”

Nieuwe regels

Lelystad, Tilburg en Assen zijn in Nederland de enige gemeenten waar sekswerkers ook vanuit huis hun klanten mogen ontvangen. Hiervoor hebben deze gemeenten de afgelopen jaren de regels voor deze sekswerkers versoepeld. Zo kunnen in Lelystad sekswerkers zich bij de gemeente als thuiswerker laten registreren en hebben zij de mogelijkheid om hun gegevens met hulpinstanties te delen.

“Wij willen zo zicht krijgen op de sekswerkers die in onze gemeente actief zijn”, zegt Rob de Bie, beleidsadviseur APV van de gemeente Lelystad. Tot nu toe heeft slechts één sekswerker zich bij de gemeente geregistreerd.

“Er is een groot wantrouwen opgebouwd bij sekswerkers. Met name de angst dat er repressief wordt opgetreden door de politie op het moment dat sekswerkers in de woningen worden aangetroffen. Juist dat vertrouwen proberen we terug te winnen door het bieden van veiligheid en hulp”, aldus De Bie. In Lelystad lopen sekswerkers die hun klanten thuis ontvangen niet het risico om uit huis geplaatst te worden.

Bron: Pointer.kro-ncrv.nl

Prostitutie in Nederland

Het zogezegde ´oudste beroep ter wereld´ heeft een lange geschiedenis in de Nederlandse steden en al eeuwen geleden probeerde de overheid de prostitutie te reguleren.

Prostitutie: een noodzakelijk kwaad

Prostitutie is een fenomeen van alle plaatsen en alle tijden, zo ook in Nederland. Prostitutie, ouderwets ook wel hoererij genoemd, komt van de Latijnse samentrekking pro en statuere, dat tentoonstellen of uitstallen betekent. In de Middeleeuwen werd het als een beroep gezien waar geen eer aan te behalen viel, maar desondanks zagen de politieke en religieuze machthebbers dat het een onmisbaar beroep was. De bekende theoloog en kerkvader Thomas van Aquino (1225-1274) vergeleek de verhouding van de stad en de prostitutie met die van een paleis en een mesthoop. De mesthoop is dan wel niet fraai, maar is nodig om de rest van het paleis schoon te houden. Zo was de prostitutie nodig om de veiligheid van andere vrouwen en de algemene orde binnen de stad te handhaven.

Regulering prostitutie

Al in de late Middeleeuwen probeerden stadsbesturen de branche te reguleren. Het werd toegestaan, maar de prostituees en pooiers moesten zich wel aan een aantal regels houden om de burger en de samenleving te beschermen. In Amsterdam bezat het stadsbestuur zelfs enkele bordelen, in de tegenwoordige Damstraat en Pijlsteeg, die onder beheer stonden van stadsschouten. Prostituees dienden zich anders te kleden dan ‘normale’ vrouwen zodat er geen verwarring kon bestaan over hun functie en bordelen moesten zich door middel van een herkenbaar uithangbord onderscheiden van reguliere café’s. Voor joden en getrouwde mannen was het niet toegestaan een prostituee te bezoeken.

Calvinisme

Aan deze tolerante houding kwam een einde in de zestiende eeuw toen tijdens de Opstand het calvinisme dominant werd. Vanaf 1578 werden in Amsterdam de bordelen gesloten en de prostitutie verboden, waarna er op overtreding van de nieuwe regels flinke straffen werden ingevoerd. Als gevolg hiervan verdween de prostitutie niet, maar ging deze ondergronds verder. De door de kerk als zondig bestempelde prostitutie verspreidde zich over de gehele stad en vond plaats in kleine obscure bordelen. Al behoorde de overheid de hoeren, pooiers en hun klanten te vervolgen, gebeurde dit in de praktijk relatief weinig door een gebrek aan controle en een te kleine politiemacht.

Hoerwaardinnen

Het vervolgen en gedogen wisselde zich in de volgende eeuwen af en tegen de achttiende eeuw werd de prostitutie oogluikend toegelaten. Zeker in een grote handelsstad als Amsterdam bloeide de prostitutie in deze periode op door bezoeken van allerlei kooplieden, handelaren en zeevaarders. Veel bordelen werden door een zogeheten hoerwaardin gerund, dit was vaak een ex-prostituee die het klappen van de zweep kende en een aantal meisjes in dienst had. Tussen deze hoerwaardinnen was een levendige handel in meisjes, die binnen de eigen stad of tussen verschillende steden werden uitgewisseld en verkocht. Een belangrijke ontmoetingsplek werd het speelhuis, waar vooral zeelieden na een lange reis op zoek naar vertier waren.

Chique bordelen

Toen er in de achttiende eeuw soepeler werd omgegaan met prostitutie door de stadsbesturen veranderde de vraag van de bezoekers. De rijke hoerenlopers vonden de huizen van de hoerwaardinnen vaak onhygiënisch en armoedig en vanwege deze reden werden de meisjes in de speelhuizen zelf onderdak aangeboden. Omdat dit alles binnenskamers gebeurde en zo niet de openbare orde verstoorde, greep de overheid niet in. Met dat het speelhuis niet alleen een ontmoetingsplek meer was, maar ook een werkplek werd er meer geïnvesteerd in de aankleding van het bordeel. Door de grootschaligheid en luxe van dergelijke bordelen werden steeds vaker mannen de baas van bordelen omdat deze vaker dan vrouwen over veel geld beschikten.

Read more…

‘Ik hoop dat politici een keer voor de sekswerkers willen opkomen’

Het wantrouwen tussen sekswerkers en officiële instanties is groot, en sekswerk vanuit je eigen woning is bijna niet meer mogelijk. Foxxy is in haar 20 jaar als sekswerker niet erg positief over het prostitutiebeleid in Nederland. Volgens haar zijn er te weinig politici die opkomen voor de rechten van haar beroepsgroep. “Het zou heel fijn zijn als de politiek een keer met ons praat, dan alleen over ons.”##

Foxxy (niet haar echte naam) is eigenlijk via een geintje in het sekswerk gerold. Met een vriendin heeft ze naar eigen zeggen nogal ‘losbandige tienerjaren’ achter de rug. Rond de eeuwwisseling komt het idee op een avond ter sprake. “Ze kijkt me aan en zegt: ‘We moeten hier geld voor vragen’. Daar ben ik eerst niet op ingegaan, maar na een paar weken begon ze er weer over. Toen hebben we een advertentie voor een trio geplaatst.”

Ze willen het per se samen doen, omdat ze dat veiliger vinden dan alleen. Haar vriendin krijgt echter kort daarna een relatie en stapt uit het beroep. Foxxy begint voor zichzelf advertenties te plaatsen. Nu is ze 2 decennia verder en heeft ze bijna alle vormen van sekswerk wel geprobeerd. “Ik deed voor corona vooral gangbangs, dus groepseks. Maar daar ben ik afgelopen jaar mee gestopt uit veiligheidsoverwegingen.”

Geen keuze

Op dit moment werkt ze in twee privéhuizen: een locatie waar een exploitant veel voor haar regelt. Dat heeft zijn voordelen. Een goed privéhuis doet wat marketing voor je en geeft je een veilige omgeving waar je kunt werken. “Maar als ik de keuze heb, dan wil ik het liefst zelfstandig werken. Als zelfstandige kan ik nu 120 euro per uur verdienen. Bij een privéhuis houd ik onder de streep 42,50 euro over. De rest gaat naar de exploitant en de Belastingdienst.”

Het werk voor Foxxy wordt steeds lastiger. Zelfstandig werken wordt door het strenge vergunningsbeleid van gemeenten nauwelijks toegestaan. En vanwege haar leeftijd wordt het voor exploitanten minder aantrekkelijk om haar erbij te houden. “Verschrikkelijk”, oordeelt Foxxy. “Eigenlijk worden oudere sekswerkers daarmee gedwongen om op onveilige locaties te werken.”

“Je komt dan terecht bij louche verhuurders. De criminele sector die panden verhuurt.” Samen met een vriendin heeft ze wel eens zo’n appartement gehuurd. “Op het einde van de dag wilde hij ineens de dubbele huur hebben, omdat hij zag dat we het druk hadden. We hebben onze spullen gepakt en zijn weggegaan. Maar je staat verder machteloos. Je bent op dat moment onvergund aan het werk. Je kunt gewoon geen aangifte doen van zo’n iemand.”

Sekswerk is een legaal beroep, maar Foxxy heeft het gevoel dat haar de keuze wordt ontnomen om haar werk te doen zoals zij dat wil. “Het liefste doe ik thuisontvangst. Dan hoef ik niet de helft van mijn inkomsten aan een exploitant af te staan, en werk ik op een manier waarbij ik me veilig voel. En die keuze krijg ik nu niet.”

Read more…

Het veiligste land voor sekswerkers: dit kunnen we leren van Nieuw-Zeeland

Als je aan sekswerk denkt, dan denk je waarschijnlijk niet meteen aan Nieuw-Zeeland. Maar toch wordt het land tijdens de gesprekken die we voor ons onderzoek naar sekswerk voeren er bijna elke keer bijgehaald. Nieuw-Zeeland is pionier op het gebied van prostitutiebeleid. Criminoloog Joep Rottier deed er jarenlang onderzoek naar. “Wetenschappelijk onderzoek laat keer op keer zien: hoe repressiever het beleid, hoe onveiliger je het voor sekswerkers maakt.”

Sekswerkbeleid is een afspiegeling van de moraal van de samenleving, stelt Joep Rottier als ik hem bel om over zijn onderzoek te praten. Hij promoveerde in december 2018 aan de Universiteit Utrecht op het Nieuw-Zeelandse prostitutiebeleid en zag dat we in Nederland nog veel van het land kunnen leren. In ieder geval door het beleid rondom sekswerk minder op vooroordelen en moraal, maar meer op wetenschappelijk bewijs te baseren.

Dat we in Nederland niet dezelfde rechten en plichten aan sekswerkers geven als in Nieuw-Zeeland, heeft te maken met de stigmatisering van het beroep. “Kijk, bijvoorbeeld ook naar Zweden. Daar heerst over het algemeen de opinie: sekswerkers zijn slachtoffers. Het is een onmondig persoon die zelf niet kan beslissen. Dan krijg je beleid dat daarop is ingesteld. In Zweden ben je als bezoeker van een sekswerker strafbaar. Ze proberen prostitutie zoveel mogelijk uit te bannen.” Maar uitbannen is een utopie, stelt Rottier.

Decriminaliseren

Jarenlang was sekswerk verboden in Nieuw-Zeeland, maar daar kwam verandering in door een sterke campagne van de belangenvereniging voor sekswerkers, de NZPC (New Zealand Prostitutes’ Collective ). Zij verenigen zichzelf in 1987 en vochten voor een beleid dat niet langer gebaseerd was op moralistische ideeën, maar op pragmatische en rationele argumenten. Ze betrokken wetenschappers, politici, en mensen uit de gezondheidssector in hun lobby en in 2003 zorgde een meerderheid van één zetel in het parlement ervoor dat er een nieuw prostitutiebeleid kwam. De belangrijkste veranderingen: prostituees worden sekswerkers en sekswerk wordt gedecriminaliseerd. Daarnaast krijgen sekswerkers precies dezelfde rechten en plichten als ieder ander beroep. In plaats van bovenmatige staatsbemoeienis ligt het accent op zelforganisatie.

Veilig

Nieuw-Zeeland is het enige land dat op deze manier naar sekswerk kijkt. Tussen 2013 en 2018 deed Rottier onderzoek naar de situatie in het land. Hij zag dat het beleid daar nogal wat teweeg heeft gebracht. Door rechten aan sekswerkers te geven en door als overheid een sterke belangenorganisatie financieel te faciliteren en daar nauw mee samen te werken, is de positie van de sekswerker enorm verbeterd. In tegenstelling tot in Nederland zijn sekswerkers volwaardige onderhandelingspartners van de overheid. “Geweld tegen en misbruik van sekswerkers is afgenomen. Exploitanten en klanten van sekswerkers die uit zijn op uitbuiting weten dat ze daarmee diep in de problemen kunnen komen. Er zijn mooie voorbeelden van sekswerkers die met succes naar de rechter zijn gestapt”, legt Rottier uit. “In plaats van een ‘vogelvrij-status’ voelen sekswerkers in Nieuw-Zeeland zich sinds 2003 beschermd door politie en het justitieel systeem.”

Bovendien is het beeld van sekswerkers veranderd: “Een deel van mijn onderzoek was spreken met parlementsleden die in 2003 tegen het nieuwe beleid hadden gestemd. De meeste daarvan betwijfelden nog steeds het bestaansrecht van prostitutie op moralistische gronden, maar gaven aan dat ze inmiddels voor decriminalisering zouden stemmen nu ze de positieve effecten van het beleid hadden gezien. En ik merkte het ook los van de interviews die ik voor mijn onderzoek deed. Als ik bijvoorbeeld in een café of op een terras zat en ik vertelde over mijn werk, dan vroeg ik vaak aan mensen hoe ze dachten over sekswerk. Dan zie je dat het beleid heeft geleid tot destigmatisering, tot veel meer acceptatie van het beroep dan bijvoorbeeld in Zweden waar prostituees worden geframed als hulpeloze slachtoffers van brute dominante mannen”.

Moraal

In Nederland is sekswerk een legaal beroep, maar zijn sekswerkers gebonden aan veel restrictieve regels waar iemand met een ander beroep niet aan hoeft te voldoen. Zelfstandige sekswerkers moeten meestal een vergunning aanvragen om hun werk te mogen uitvoeren, maar in veel gemeenten is het in de praktijk onmogelijk om die te verkrijgen. Daardoor worden sekswerkers min of meer gedwongen om onvergund hun werk doen.

Rottier stoort zich aan de moraalpolitiek in het Nederlandse prostitutiebeleid. “Er worden onlogische keuzes gemaakt. Als je sinds 2000 kijkt naar de regelgeving dan zie je dat het beleid alleen maar repressiever wordt. En kijk naar het sluiten van de ramen in Utrecht en Amsterdam. Sekswerkers komen zonder werkplek te zitten en er worden geen vervangende arbeidsplekken aangeboden. Het is een ontmoedigingsbeleid zonder realiteitsgehalte. De sekswerkers stoppen immers niet, maar verdwijnen in het ondergrondse circuit.” En juist dat zorgt voor onveilige situaties, volgens Rottier: “Klanten kunnen hun gang gaan want zij weten: een onvergunde sekswerker gaat toch niet naar de politie uit angst voor sancties.”

“Natuurlijk, uitbuiting en mensenhandel vindt net als bijvoorbeeld in de agrarische industrie plaats in de prostitutie, en Nieuw-Zeeland is hiervan niet uitgezonderd. Daar moeten we ons hoofd niet voor in het zand steken. Maar wetenschappelijk onderzoek laat keer op keer zien: hoe repressiever het beleid, hoe onveiliger je het voor sekswerkers maakt. Het verbeteren van de positie van sekswerkers is een illusie zolang er sprake blijft van stigmatiserend en repressief beleid”, aldus Rottier.

Bron: pointer.kro-ncrv.nl

Man stalkt prostituee met wie hij een relatie dacht te hebben

Een 52-jarige man uit de gemeente Tynaarlo is voor het stalken van een vrouw in Emmen veroordeeld tot een werkstraf van honderd uur. De man dacht een relatie te hebben met de vrouw die hij voor de seks betaalde. De vrouw wilde uiteindelijk geen contact meer, maar daar dacht de man anders over.

Vanaf 2018 bezocht de man de prostituee. De relatie werd inniger en hij schonk haar 28.000 euro om haar uit de financiële problemen te helpen. Over deze schenking ontstond een conflict. De vrouw verbrak in augustus 2020 uiteindelijk het contact. Hij stuurde haar vervolgens honderden e-mails per dag. Hij reed vaak voorbij haar woning in Emmen en hij dreigde pikante foto’s openbaar te maken. Ook zette hij snerende opmerkingen over de vrouw op sociale media. Hij benaderde familie van de vrouw om te vertellen welk beroep zij uitoefende.

Nog steeds contact

De politie drong er in november 2020 bij de man tijdens een stopgesprek op aan geen contact meer te zoeken met de Emmense. Toch ging het nog even door tot begin januari van dit jaar. De vrouw deed aangifte. Ze deed in de zittingszaal geëmotioneerd haar verhaal. Ze zei dat ze tot voor kort nog door de man werd gebeld. Voor dit laatste stond de man niet terecht, maar dat was voor de rechter wel een reden om de man een contactverbod op te leggen: “Ik ben er namelijk niet gerust op”.

De rechter legde de man ook een voorwaardelijke celstraf van twee maanden op. Hij moet zich laten behandelen en mag geen grievende afbeeldingen van het slachtoffer verspreiden.

Bron: rtvdrenthe.nl

Marike (37) runt al vijftien jaar een escortservice: ‘Zakelijke afspraken deden we in een lobby’

Diploma halen, studeren, baan bemachtigen, sparen, huis kopen, settelen. En dan zo vroeg mogelijk met pensioen. Zo hoort het misschien maar het kan ook anders. In deze reeks mensen die hun financiële leven minder voorspelbaar invullen. Deze keer Marike van der Velden (37), die op haar 21ste Society Service oprichtte: een high end escort service.

Waarom stapt een meisje in deze branche?

Marike: ,,Ik studeerde business-administration aan de Erasmus Universiteit en wist na mijn bachelor niet welke kant ik op wilde. Ik houd niet van 9 tot 5 en ook niet van hiërarchie of werken onder een baas, ik vind het relaxter als ik dat ben. Dat kan ik ook goed. Misschien past ondernemen bij me, dacht ik. Maar waarin? Het idee van een escortservice kwam bij een sociologiestudente vandaan, maar zij had geen verstand van hoe je zoiets aanpakt. Ik wel. Dus zijn we samen begonnen.”

Maar waarom deze branche?

,,Het is toegankelijk: je hebt weinig startkapitaal nodig, geen machines of voorraden. En provoceren is denk ik achteraf gezien ook iets wat meespeelde. Ik was piepjong, dan vind je dat leuk.”

Hoe pakten jullie het aan?

,,Een medestudent maakte onze website, mijn zakenpartner en ik legden ieder 2000 euro in en we schreven ons in. Ik woonde op kamers en mijn zakenpartner woonde nog bij haar ouders. Zakelijke afspraken deden we in de lobby van een vijfsterrenhotel. Uiteindelijk kocht ik haar na twee jaar uit en ging ik alleen verder. Inmiddels doe ik dit vijftien jaar, heb een kantoor en tien zzp’ers die mijn werk ondersteunen. Daarnaast heb ik zo’n zestig escorts, dames en mannen.”

Wat bieden de escorts?

,,Vermaak binnen en buiten de slaapkamer. Erotiek is onderdeel van een boeking maar er komt meer bij kijken, zoals verleiden, gesprekken, leuke dingen doen zoals naar musea of restaurants gaan. Maar seks ligt wel in de lijn der verwachtingen. Als je denkt: leuk uit eten met knappe rijke zakenmannen, zit je hier niet goed.”

Hoe bescherm jij je escorts?

,,Door van tevoren goed te peilen wie de klant is en zo nodig een klant te weigeren. Veel mensen denken dat klanten vieze oude mannetjes zijn maar dat is niet waar. Zij investeren in een mooie ervaring en vinden het leuk om een gentleman te zijn. Ik vraag vooraf hoe hun ideale date eruit ziet, daarna pas wat voor type ze aantrekkelijk vinden. Het is ook in mijn belang dat de afspraak fijn verloopt. Als je alleen voor de seks gaat, zit je bij ons niet op de goede plek. Je gaat ook niet naar Parkheuvel voor een broodje hamburger.”

Je krijgt geen enkele verzekering om eventuele arbeidsongeschiktheid op te vangen, geen hypotheek omdat dit niet beschikbaar is voor mensen in jouw branche. Hoe voelt dat?

,,Kwetsbaar. Stel er gaat iets mis. En ik voel me buitengesloten. Op een vervelende manier weggezet in het lijstje van criminele praktijken als wapenhandel, drugs dealen. Terwijl mijn werk volledig legaal is.”

Hoe kwam je zonder hypotheek toch aan een huis?

,,Zelf gekocht. Toen het niet meer nodig was, kon ik opeens wel een hypotheek krijgen. Maar verzekeren? Vergeet het maar. Ik heb een vergunning van de overheid om mijn werk te doen. Iedere vijf jaar word ik opnieuw onderworpen aan een grondig onderzoek om te bewijzen dat ik mijn bedrijf niet misbruik om geld wit te wassen of er illegale praktijken op nahoud. Het kost me veel tijd om alle stukken te verzamelen die door de GGD en de politie worden nagekeken. Al vijftien jaar krijg ik een positief oordeel. En nog steeds word ik door iedere verzekeringsmaatschappij afgewezen.”

Ben je rijk?

,,Mijn gunstige financiële positie komt doordat ik altijd geïnvesteerd heb in vastgoed. Daar pluk ik nu de vruchten van. Ik rijd in een Fiat 500, woon luxe maar niet in een villa. Ik had ook voor designertassen en een Porsche voor de deur kunnen kiezen maar ik maak liever verstandige keuzes.”

Waar geef je het wel graag aan uit?

,,Het leven is te kort om goedkope wijn te drinken. Het is relaxt dat als ik iets graag wil, ik dat gewoon kan kopen. Zoals onlangs een Big Green Egg, zo’n barbecue. Ik kook graag, mijn partner is dol op lekker eten en ik vind het heerlijk om met mijn vrienden te genieten. Dat is leuke luxe.”

Bron: AD.nl

Sekswerkers zijn slecht imago zat: ‘Liever een hoer naast me, dan een supermarkt’

Ze zijn het beu. In de beeldvorming zijn sekswerkers altijd óf slachtoffer van mensenhandel óf ‘happy hooker’. ,,Maar de meesten van ons zijn gewoon bezig hun dagelijks brood te verdienen.”

Iedere keer als Sabrina die ene foto weer ziet, komt de boosheid van toen boven. Het is een foto van acht jaar geleden, gemaakt in een van de woonbootjes aan het Zandpad, de bekende prostitutiezone in Utrecht. Groot in beeld: Sabrina’s bijna blote billen en de hoge laarzen eronder.

De foto (hieronder) is gemaakt op de dag van de gedwongen sluiting van het Zandpad. Die was voor Sabrina heel ingrijpend, omdat ze haar werkplek kwijtraakte: ,,Ik zette me in om in Utrecht een vrouwvriendelijke onderneming te starten: door sekswerkers voor sekswerkers. Maar we kregen geen vergunning.’’

De foto zou over de sluiting van het Zandpad moeten gaan, maar dat zie je nauwelijks. ,,Je ziet mijn billen en mijn laarzen.’’ Het Zandpad is sinds die tijd dicht. Sabrina – destijds haar werknaam – is ander werk gaan doen en volgt een studie.

Geen slachtoffer

Maar de foto blijft opduiken. Als anonieme, algemene illustratie bij verhalen over sekswerk. ,,Het meest kwalijke vind ik dat de foto soms bij een verhaal over mensenhandel staat’’, zegt ze. ,,Ik ben geen slachtoffer. Ik ben vrijwillig de prostitutie ingegaan en gedwongen gestopt door de gemeente. Het is dus omgekeerd.’’

Sekswerkers willen van hun eeuwige stigma af. Ze zijn niet alleen óf een slachtoffer van mensenhandel, uitgebuit door een pooier óf de happy hooker die haar droombaan beleeft. Ze zijn ook vele tinten grijs daartussen. Om dit aan de buitenwereld duidelijk te maken, ondernemen ze nu actie.

,,Voor veel escorts, webcammers of pornomakers is het gewoon werk. We zijn bezig ons dagelijks brood te verdienen”, zegt Yvette Luhrs, sekswerker, maker van de eerder dit jaar uitgezonden docuserie Ik word prostituee en oud-voorzitter van belangenvereniging Proud, voor wie in de erotische industrie werkt.

Luhrs is betrokken bij project Reimagining Sex Work, dat moet leiden tot een completer, meer divers beeld van sekswerkers bij het grote publiek. Onderdeel van dit project zijn werkgroepen waarin online van gedachten wordt gewisseld en fotoworkshops in Amsterdam, Utrecht en Tilburg waaraan journalisten, fotografen en sekswerkers meedoen.

Ze hopen zo onder meer te bereiken dat bij verhalen over sekswerk niet steeds dezelfde standaardfoto’s worden geplaatst. ,,Ze doen de breedte van het werk geen recht.”
Geweld

Het imago maakt het sekswerkers moeilijk en kan zelfs leiden tot geweld tegen hen, is de ervaring van Mariëlle, escort en mede-initiatiefnemer van het project. Zij wil niet met haar echte naam op deze site uit angst dat ze haar huurhuis uit moet.

,,Een voorbeeld? Ik heb al tien jaar last van een stalker die bij mijn buren brieven in de bus doet waarin staat dat er een illegaal prostitutiebedrijf in hun complex zit, dat daardoor hun woningprijs daalt en ziektes worden verspreid. Hij roept mensen op de woningbouwvereniging te bellen”, vertelt ze.

Verontwaardigd: ,,Maar ik werk niet thuis en het werk dat ik doe is legaal. Mensen denken dat het illegaal is, omdat er vaak zo over geschreven wordt.”

Extra vakantiegeld

Niemand weet precies hoeveel sekswerkers er in Nederland zijn. Er is een paar jaar geleden een schatting gemaakt dat 22.000 mensen structureel of af en toe aan prostitutie doen. Maar dan zijn er nog de webcammers, pornomakers, strippers, parenclubs en mensen die telefoonseks aanbieden.

,,Dat we het niet precies weten, komt óók door het slechte imago: mensen gebruiken een andere naam als ze werken en veranderen vaak van plek. Het is geen vak waar je heel open over bent”, weet Minke Dijkstra, antropoloog, actieonderzoeker en ook een van de initiatiefnemers van dit project. ,,En wanneer ben je sekswerker? Ook als je het alleen nu en dan doet voor wat extra vakantiegeld?”

Er zijn niet slechts één of twee soorten sekswerkers, is de boodschap van Mariëlle, Luhrs en Dijkstra. Dat beeld verdient nuancering. ,,Zie sekswerkers gewoon als mensen die werken”, zegt Luhrs. ,,Veel van ons hebben zelf de keuze gemaakt dit werk te gaan doen, omdat het op dat moment het beste paste. Is het dan een droombaan? De kassière bij Albert Heijn zal ook niet gedroomd hebben van dat werk.”

De kern van het imagoprobleem zit hem volgens de vrouwen in het taboe op seks en vrouwelijke seksualiteit. ,,Iedereen vindt iets van seks’’, stelt ze. ,,Maar dat jij je niet kunt voorstellen dat iemand aan betaalde seks doet, wil niet zeggen dat iedereen er zo over denkt.’’

Read more…

Utrechtse gemeenteraad: ‘Meer ruimte voor sekswerkers’

In de Utrechtse Jaffastraat zat tot 2013 een bordeel

UTRECHT – Een groot aantal partijen in de Utrechtse gemeenteraad wil dat er meer legale sekswerkplekken komen in de stad. Op dit moment zijn er zes zogenoemde vergunde plekken, de partijen vinden dat te weinig. Ook pleit de raad ervoor om de mogelijkheden voor sekswerkers die thuis werken te verruimen. Die wensen kwamen naar voren tijdens een debat over een voormalig bordeel aan de Utrechtse Jaffastraat.

Voor het uitoefenen van sekswerk is een vergunning van de gemeente nodig. Dat is dus bijvoorbeeld nodig voor een bordeel of een escortbureau. Utrecht kent op dit moment zes van dergelijke vergunde plekken, daarvan zijn er drie ook daadwerkelijk in bedrijf. De bekendste is club La Cloche op de Amsterdamsestraatweg. In het verleden zat er een soortgelijke club in de Jaffastraat, midden in een woonwijk, maar het bordeel sloot jaren geleden. Het college wil de bestemming van het pand wijzigen, het moet de bestemming ‘wonen’ krijgen. De raad steunt dat voorstel in grote meerderheid. Maar tegelijkertijd zijn er zorgen.

Groeiende stad
Rick van der Zweth van de PvdA verwoordt die het duidelijkst. Hij zegt dat de stad groeit, en daarmee ook de behoefte aan ruimte voor sekswerkers. Maar die extra ruimte komt er niet, de mogelijkheden nemen juist af, door het sluiten van de tippelzone en door de problemen rond de herstart van het Zandpad. Hij hekelt het verdwijnen van de tippelzone en benadrukt dat die plaats moest maken voor ‘te dure appartementen’.

Ook Student & Starter wil dat er meer ruimte komt voor sekswerkers. Tessa Sturkeboom vindt dat seks een onderdeel van onze samenleving is. Volgens haar moet je het beroep van sekswerker omarmen. Zij wil een nadrukkelijke erkenning van de gemeente dat sekswerk een legaal beroep is.

Thuiswerken
D66 pleit ook voor meer mogelijkheden. Ellen Bijsterbosch focust echter op de thuiswerkenden in de branche. Dat mag nu officieel niet, iemand die thuis klanten ontvangt wordt gelijkgesteld met een bordeelhouder. Een nagelstudio mag wel aan huis werken, stelt Bijsterbosch, maar een thuiswerkende prostituee mag dat niet. Ze schets het probleem dat als er sprake is van geweld dat de sekswerkers dan geen aangifte durven doen. Als uitkomt dat ze thuiswerken, riskeren ze een boete of een huisuitzetting.

Burgemeester Sharon Dijksma onderkent voor een groot deel de problemen die de raad schetst, maar toch vindt ze haar rol beperkt. De burgemeester geeft aan niet zelf actief op zoek te kunnen of willen gaan naar exploitanten van seksinrichtingen. Daarnaast geeft ze aan dat de afgelopen tien jaar er geen enkele aanvraag vanuit de branche is geweest voor het starten van een seksinrichting in de stad. De burgemeester zei tijdens het debat wel toe dat ze met de branche in gesprek wil over de wensen en behoeftes die er leven.

Gat in de begroting
Tegelijkertijd debatteerde de raad over het Nieuwe Zandpad. Wethouder Eelco Eerenberg heeft een voorstel om de hulpverlening bij de nieuwe prostitutiezone in te richten. Die plannen kunnen op veel steun rekenen. De VVD is kritisch op de financiering van het plan, in de begroting zit een gat van 70.000 euro. De PVV gaat een stap verder, die vindt dat het plan vooral voorsorteert op een ‘hele reeks nieuwe subsidieslurpers’.

Bron: https://www.dominaforum.nl/prostitutie-in-het-nieuws/utrechtse-gemeenteraad-meer-ruimte-voor-sekswerkers/

De redlightdistricts in Nederland, nu ook met plattegronden en reviews van raamdames

In Nederland zijn op dit moment in 8 steden/plaatsen diverse redlightdistricten. Dus gebieden waar vergunde raamprostitutie is toegestaan. In Amsterdam, Almelo, Den Haag, Eindhoven, Alkmaar, Deventer, Groningen en Leeuwarden zijn verschillende aantallen raambordelen. Daarnaast relatief dichtbij de grens in Belgie, is er in Antwerpen nog een groot redlightdistrict Het Schipperskwartier genaamd zie ook: https://www.citygirl.nl/node/11675

Amsterdam

Amsterdam heeft eigenlijk 3 raamgebieden; De Wallen (vooral wereldwijd bekend bij de toeristen), wat gelegen is nabij het Centraal Station in het oude centrum van Amsterdam. Het daarnaast gelegen Singelbied schuin achter Paleis op de Dame beginnend op de Spuistraat. En in Amsterdam Zuid de Ruysdaelkade wat een kleiner aantal ramen heeft, zie de plattegronden via https://www.citygirl.nl/node/11681.

Den Haag

Den Haag heeft momenteel nog 2 raamgebieden: de goedkopere straat qua instaptarief vanaf €35,00 de Doubletstraat en nabij NS Station Holland Spoor de Geleenstraat/Hunsestraat, zie voor beide gebieden de plattegronden via https://www.citygirl.nl/node/11662

Den Haag

Eindhoven heeft een net en kleiner raamgebied het Baekelandplein zie https://www.citygirl.nl/node/35 en in het hoge noorden een raamgebied in Groningen (https://www.citygirl.nl/node/11671) en Leeuwarden (https://www.citygirl.nl/node/11673) en in Noord-Holland boven Amsterdam nog een ingekrompen raamgebied in Alkmaar (https://www.citygirl.nl/node/30) in de volksmond de Achterdam genoemd. Plattegronden, info & reviews over sekswerksters in de volgende plaatsen vindt je tussen haakjes via de url link achter de plaats/stad: Doetinchem (https://www.citygirl.nl/node/34), Haarlem (https://www.citygirl.nl/node/37), Almelo (https://www.citygirl.nl/node/29), Deventer (https://www.citygirl.nl/node/33) en Nijmegen (https://www.citygirl.nl/node/40).

Groningen

In Utrecht waren tot 8 jaar geleden 2 raamgebieden, het beroemde Zandpad met woonbootjes in het water waarop de dames van plezier de klanten ontvingen en de Hardebollenstraat in het centrum van Utrecht. Echter deze zijn destijds op last van toenmalig Burgemeester Wolfsen gesloten. Er liggen wel enkele jaren nieuwe plannen bij de Gemeente Utrecht om naast het Zandpad op de wal nieuwe werkkamers met ramen voor sekswerkers te realiseren. In voorjaar 2022 wordt een besluit genomen door de Gemeente of een nieuwe partij als exploitant daar mag beginnen met het realiseren en exploiteren van nieuwe raamkamers.

In de loop van jaren zijn raambordelen vanuit een gedoogconstructie ontstaan. Later is er strenge wetgeving op toegepast zowel voor het verkrijgen van een exploitatievergunning als handhaven van de regels en controle op mistoestanden als mensenhandel en uitbuiting van sekswerksters. Per gemeente zijn er verschillende regels m.b.t. exploiteren van raamkamers als ook het huren van een raamkamer door een sekswerkster. Zo hanteert men bijvoorbeeld 2 leeftijdsgrenzen waaraan een sekswerkster minimaal aan moet voldoen, namelijk 18 en 21 jaar. Op dit moment zijn vooral Oost Europese dames met name Roemeense en wat Bulgaarse dames als sekswerksters werkzaam achter de ramen in Nederland. Daarnaast een divers aanbod qua nationaliteiten van Nederlands, Marokkaans, Surinaams, Zuid-Amerikaans, overige Europa en wereld. Ook is er een kleine groep shemales/ladyboys etc. actief achter de ramen. Gemeente en of zedenpolitie (team prostitutie & mensenhandel) handhaven de regels en hebben gesprekken met zowel de sekswerksters als exploitanten.

Qua werkkamers waarin de sekswerkster werkt en de klant ontvangen wordt is een grote diversiteit qua grootte, luxe en inventaris. Zo zijn er kamers met een kleine oppervlakte en klein bed en wastafel als ook riante kamers met bubbelbaden en of grote bedden en SM meubels en alles wat daar tussen zit.

Over de sekswerksters in redlight gebieden worden door klanten vaak reviews/recensies geschreven op prostitutie fora zoals https://www.citygirl.nl/node/28 om hun ervaring te delen met andere klanten.

Ook in Duitsland kent men raamprostitutie en heeft men ook zogenaamde laufhausen (grote flat achtige gebouwen waar je als klant etage voor etage bewandelt om dames achter het raam te kunnen bekijken en of te bezoeken).

Antwerpen

Burgemeester wil beruchte Chaussée d’Amour weg: “Ze noemen het folklore, ik vind het beschamend”

Jelle Engelbosch (N-VA), waarnemend burgemeester in Sint-Truiden, wil de Chaussée d’Amour laten verdwijnen. Samen met partijgenoot en schepen Jo François onderzoekt hij een plan om de bordelen te raken. “Zo kunnen we dit beschamende verhaal uitdoven.”

De Truiense N-VA is al jarenlang een forse tegenstander van de vele bordelen langs de Luikersteenweg, die de steenweg in de jaren 90 de bijnaam ‘Chaussée d’Amour’ opleverde. Tien jaar geleden pleitte Jelle Engelbosch er al voor om al die eroshuizen onder te brengen in één complex, gelegen op een industriezone. “Een vzw moet daarbij zorgen voor transparante huurovereenkomsten”, zei Engelbosch destijds. “We moeten zorgen dat de schietpartijen, afpersingen en brandstichtingen verleden tijd blijven.”

Twee jaar en twee dodelijke ongevallen later nam het stadsbestuur dat voorstel zelfs ernstig in overweging. Het schepencollege ging zelfs op prospectie in het Antwerpse Schipperskwartier, maar uiteindelijk bleef alles bij het oude.

Sjerp

In tussentijd is er veel veranderd. In 2019 trad N-VA voor het eerst toe tot de coalitie in Sint-Truiden. Engelbosch werd eerste schepen, Jo François kreeg onder meer lokale economie in z’n portefeuille. Nadat Veerle Heeren (tijdelijk) een stap opzij moest zetten na haar voortijdige vaccinatie, mocht Engelbosch zelfs de sjerp omgorden als waarnemend burgemeester.

De kaarten liggen dus ideaal voor de partij om de Chaussée d’Amour, de oude doorn in het oog, in de huidige vorm een halt toe te roepen. Want voor alle duidelijkheid: het standpunt van de N-VA is het voorbije decennium niet veranderd. “Volgens sommigen hoort de Chaussée d’Amour bij Sint-Truiden”, zegt Engelbosch. “Ze noemen het folklore, maar ik vind het vooral beschamend voor onze stad”, zegt Engelbosch. “Het sleept een verleden met zich mee van brandstichting en vrouwenhandel. Veel nostalgie is daar voor mij niet aan. Voor alle duidelijkheid: ik heb niets tegen prostitutie op zich, maar wel tegen de manier waarop het op de Chaussée d’Amour gebeurt.”

Uitdoofscenario

Daarom maken Engelbosch en François werk van een uitdoofscenario. Momenteel laten ze onderzoeken of de stad de onroerende voorheffing voor die bars fors kan en mag verhogen. “We willen die belasting zelfs maal tien doen”, zegt Engelbosch onomwonden. “Door die enorm hoge taks hopen we het houden van zo’n bordeel te ontraden, zodat het verhaal op termijn eindigt.” Het is voor Engelbosch de meest voor de hand liggende maatregel om dat uitdoofscenario te realiseren. “We dachten er ook aan om bijvoorbeeld de vergunning van die bars af te nemen wanneer zo’n pand jarenlang leeg staat of na een bepaald aantal GAS-boetes. Het probleem is echter dat er niet zoiets bestaat als een vergunning voor een bordeel. Het enige wat die bars hebben, is een tapvergunning.”

De onroerende voorheffing is een jaarlijkse geïndexeerde belasting op het kadastraal inkomen (KI) van onroerende goederen (gronden, gebouwen, materieel en outillage in bedrijven). Ze bestaat uit een basisheffing voor de Vlaamse overheid, aangevuld met opcentiemen voor de provincie en de gemeente waar het onroerend goed ligt. Die gemeentelijke opcentiemen wegen het zwaarst door bij de berekening van het totale bedrag. Sinds 2019 mogen gemeenten die opcentiemen differentiëren. Dat betekent dat ze de onroerende voorheffing in een bepaalde wijk of buurt goedkoper kunnen maken, om mensen aan te moedigen zich daar te vestigen. Gemeenten moeten daarvoor wel de goedkeuring krijgen van de Vlaamse Belastingdienst én de gouverneur of het Agentschap Binnenlands Bestuur.

Read more…